Getuigenissen van moslims en moslima's in hun ontmoeting met Jezus.
Veronique:
‘Ik wilde alles van de koran leren en in praktijk brengen in de hoop dat het me dichter bij God zou brengen’.
Veronique:
‘Ik wilde alles van de koran leren en in praktijk brengen in de hoop dat het me dichter bij God zou brengen’.
Djawaher: ‘Ik zei tegen God: “Ik doe alles voor U, maar U doet niets om mij te helpen’.
Ik heb Nederlandse ouders en ben opgevoed als katholiek. Mijn thuissituatie was best lastig met een moeder die autistisch is en een vader die alcoholist was. Mijn ouders gingen scheiden toen ik zeven jaar oud was. Kort na de scheiding kreeg mijn moeder al een nieuwe vriend, waardoor ik best vaak mishandeld werd, lichamelijk maar ook zeker geestelijk. Toen ik elf was besloot de school in te grijpen en jeugdzorg op de hoogte te brengen van mijn situatie waarna mijn moeder de beslissing nam om haar relatie te beëindigen. Kort hierna kreeg ze weer een andere relatie en dat ging ook niet makkelijk. Ik was niet echt makkelijk en hij wilde mij niet in huis hebben, waarop mijn moeder besloot een uithuisplaatsing aan te vragen en ik naar een internaat ging.
Toen ik vijftien was ontmoette ik een Turkse islamitische jongen. Ik ben als een soort pleegkind bij hem in het gezin opgenomen omdat zij mijn situatie ook verschrikkelijk vonden. Ze waren een religieuze familie. Zij baden vijf keer per dag, deden altijd mee aan ramadan, gingen naar de moskee, etc. Ik zag voor het eerst in mijn leven dat mensen zoveel voor God deden en hierdoor dacht ik dat het de juiste religie was. Toen bekeerde ik me tot de islam. Ik was erg religieus geworden zoals mijn pleegfamilie en droeg een hoofddoek en lange jassen. Op mijn zestiende besloten mijn pleegouders dat ik met hun zoon voor de imam moest trouwen en kort daarna werd ik ook zwanger. Helaas besloten zij op mijn negentiende dat ik van hun zoon moest scheiden.
Bij de Turkse cultuur is het meestal zo dat wanneer een vrouw gescheiden is niemand meer met haar wil omgaan. Voor mijn scheiding ging ik alleen met Turkse mensen om maar na mijn scheiding had ik niemand meer. Er was alleen een Turks gezin dat nog contact met mij wilde hebben maar zij hadden niet zo goede bedoelingen met mij. Door deze familie kwam ik in de prostitutie terecht. Ik heb zes jaar gedwongen op de Wallen in Amsterdam gewerkt. Vaak heb ik geprobeerd te ontkomen maar helaas wisten ze mijn zwakke punt....mijn dochter. Zelf zat ik ook vol van schaamte en durfde ook bij niemand om hulp te vragen. Ik wilde altijd dood maar wist dat als ik dat doe ik niet bij God kon komen want ik moest alles weer goed maken. In een korte periode verloor ik drie mensen van wie ik zielsveel hield: mijn oma, mijn vader en zelf was ik zwanger van een van de pooiers wat heeft geleid tot een gedwongen abortus toen ik al vijf maanden zwanger was van een dochter.
De dag dat ik terug kwam van de begrafenis van mijn vader en gelijk weer aan het werk moest besefte ik ineens waar ik was. Jarenlang had ik mijn emoties uitgeschakeld en mijn verstand op nul gezet. Door mijn bewustwording wat er de afgelopen zes jaar eigenlijk was gebeurd bad ik op mijn knieën tot God en zei: ‘God red mij, ik kan het niet meer aan! Of neem mijn leven, laat mij dood gaan. Ik kan het niet meer, U ziet het toch!’ Na drie maanden onophoudelijk bidden en boos zijn op God waarom hij mijn leven niet nam werd in 2007 een van de grootste arrestaties ooit in Nederland uitgevoerd en werd de hele organisatie waarvoor ik moest werken opgerold. Hierdoor kwam ik vrij. God had mijn gebed gehoord.
Er zijn meer dan 30.000 sunna's, handelingen die Mohammed heeft verricht, en ik probeerde ze allemaal na te streven.
Na een tijd te genieten van mijn leven begonnen alle emoties weer naar boven te komen en voelde ik dat ik God niet eens bedankt had en voelde ik me vies en vol schaamte. Nu wist ik: ik moet mijn leven helemaal aan God geven en meer voor Hem doen dan ik ooit tevoren heb gedaan. Bij de islam is het zo dat er naar jouw zonden (gunah) en naar jouw goede daden (sevap) wordt gekeken om te bepalen of jij naar de hel of hemel gaat. Aan je rechter schouder is een engel die jouw goede daden schrijft en aan je linkerkant een engel die jouw slechte daden schrijft. Dus ik moest zoveel mogelijk goede dingen doen en daarom probeerde ik om bijna alles wat in de Koran staat te doen. Er zijn meer dan 30.000 sunna's, handelingen die Mohammed heeft verricht, en ik probeerde ze allemaal na te streven. Op deze manier dacht ik dat ik dan misschien meer sevap kon sparen zodat ik naar de hemel kon gaan, nadat ik mijn straffen had ondergaan. Toen heb ik me helemaal in de islam verdiept. Ik droeg een boerka en kwam bij de zeer religieuze groepering terecht. Ik bracht mensen tot de islam en probeerde alles zo goed en veel mogelijk te doen. Ik wilde alles van de Koran leren en in praktijk brengen in de hoop dat het mij dichter bij God zou brengen. Ik was dag en nacht met de Koran bezig en praatte ieder dag over God.
Terwijl ik zoveel voor God deed voelde ik Hem nooit bij me of voelde nooit dat mijn zonden vergeven waren. Ik voelde me ongelukkig en vies en vol schaamte van binnen. Ik bad tot God en zei: ‘God ik doe toch alles wat U van mij vraagt om te doen, waarom voel ik U dan niet? Wat doe ik nog fout? Laat mij toch de waarheid zien.’ Een half jaar later, na dit gebed vaker te hebben gebeden, zag ik in mijn droom dat ik christen was. Ik had een spijkerbroek en T-shirt aan en lag dood in een kist. Ik had geen boerka aan en om mij heen waren allemaal vrouwen in boerka aan het huilen. Toen kwam de dag des oordeels en ik stond op met heel veel vrede en blijdschap zoals ik nooit had gehad. Ik begreep de droom niet daarom ging ik naar Hocas (Koranleraars) om de betekenis te vragen. Hun antwoord was dat ik verkeerd bezig was en me nog meer in de Koran moest verdiepen. Nu na zoveel jaar begrijp ik de betekenis van de droom. De betekenis is dat mijn oude leven is begraven en ik ben opgestaan in een nieuw leven met Jezus.
Het boek waarvan ik geloofde dat het van God kwam stond vol dingen die onmogelijk van Hem konden komen - zo haatdragend, zo onmenselijk.
Ik moest van het UVW naar school, anders wilden zij mij geen uitkering geven. Ik ging in mijn boerka naar school en vertelde daar ook aan iedereen over God met de hoop dat ik mensen tot de islam kon bekeren. Op een dag zei een christelijke jongen uit mijn klas: ‘Weet je, Veronique, die God waar jij steeds over praat is niet de God van de islam’. Ik werd erg boos en begreep niet wat hij bedoelde. Toen zei hij: ‘Jij bent geen moslim in jouw hart’, en toen werd ik nog bozer omdat ik mezelf als een moslima zag. Hij kwam zelf uit Syrië en kende de islam ook goed. Ik ging veel met hem in discussie over verzen die in de Koran stonden en noemde hem een leugenaar. Toch was ik benieuwd en liet dezelfde verzen die hij had vertaald voor mij door een Irakese vrouw vertalen en tot mijn verbazing vertelde zij mij precies hetzelfde zonder te weten wat hij vertaald had. Mijn hart was gebroken: Het boek waarvan ik geloofde dat het van God kwam stond vol dingen die onmogelijk van Hem konden komen - zo haatdragend, zo onmenselijk. Hoe meer ik de slechte verzen uit de Koran zag hoe meer ik geloofde dat het echt niet van God kon zijn. Ik werd zo verdrietig dat alles wat ik deed voor niets was.
Ik bad tot God en zei: ‘God, laat me de waarheid zien en stuur de juiste mensen op mijn pad die mij naar de juiste weg kunnen brengen zodat ik de waarheid weet. Na het gebed kwamen er zoveel christenen op mijn pad en die vertelden mij over wie Jezus was. En ik begon de Bijbel te lezen. Mijn ogen gingen open ik wist de waarheid. Ik wist dat Jezus de Zoon van God is en dat Hij voor mijn zonden is gestorven en dat Hij mij heeft vergeven terwijl ik daar niets voor hoefde te doen om nog meer goede daden (sevap) te sparen. Nee, ik hoefde alleen om vergiffenis te vragen zoals Maria Magdalena of de vrouw die bij de voeten van de Here Jezus zat, en Hij zou me vergeven. Ik wist dat God mij had vergeven maar ik kon mezelf niet vergeven. Ik kon geen liefde van God of mensen ontvangen omdat ik me onwaardig voelde. Op een dag bad iemand hardop en zei Heer ik dank U dat ik Uw gezegende dochter Veronique mag leren kennen zij is een zegen voor mij en ook voor anderen. Toen dacht ik waarom voelt deze persoon zich gezegend met mij, ik ben toch niets waard? Maar God leerde mij dat ik waardevol in zijn ogen ben ondanks mijn verleden.
God heeft me geholpen om mezelf en de mensen die mij pijn hebben gedaan te vergeven. Niet alleen in woorden maar echt diep in mijn hart heb ik ze vergeven. Ik kan nu ook liefde ontvangen want ik weet dat God heel veel van mij houdt want ik ben zijn dochter. Hij heeft mijn zonden diep in de zee gegooid en is het vergeten, en ik kies ervoor om samen met God naar de toekomst te kijken. Ik kijk alleen naar mijn verleden om God meer te danken voor zijn genade en bescherming die Hij mij alle jaren van mijn leven heeft gegeven. Mijn broeders en zusters in de Heer waarderen mij en ik leer ook door hen heen om liefde te ontvangen en te geven. Ik wil u bemoedigen met mijn getuigenis. Denk niet dat uw zonden te groot zijn voor God want God de Vader heeft zijn Zoon Jezus opgeofferd voor uw en mijn zonden en voor onze redding. God wil en kan iedereen vergeven maar het is aan ons of wij zijn genade aannemen en de Here Jezus accepteren als onze Heer en Redder. God heeft de prijs voor ons betaald omdat Hij onvoorwaardelijk van ons houdt. Hij is liefde!
Veronique
Djawaher: ‘Ik zei tegen God: “Ik doe alles voor U, maar U doet niets om mij te helpen’.
Ik heb Nederlandse ouders en ben opgevoed als katholiek. Mijn thuissituatie was best lastig met een moeder die autistisch is en een vader die alcoholist was. Mijn ouders gingen scheiden toen ik zeven jaar oud was. Kort na de scheiding kreeg mijn moeder al een nieuwe vriend, waardoor ik best vaak mishandeld werd, lichamelijk maar ook zeker geestelijk. Toen ik elf was besloot de school in te grijpen en jeugdzorg op de hoogte te brengen van mijn situatie waarna mijn moeder de beslissing nam om haar relatie te beëindigen. Kort hierna kreeg ze weer een andere relatie en dat ging ook niet makkelijk. Ik was niet echt makkelijk en hij wilde mij niet in huis hebben, waarop mijn moeder besloot een uithuisplaatsing aan te vragen en ik naar een internaat ging.
Toen ik vijftien was ontmoette ik een Turkse islamitische jongen. Ik ben als een soort pleegkind bij hem in het gezin opgenomen omdat zij mijn situatie ook verschrikkelijk vonden. Ze waren een religieuze familie. Zij baden vijf keer per dag, deden altijd mee aan ramadan, gingen naar de moskee, etc. Ik zag voor het eerst in mijn leven dat mensen zoveel voor God deden en hierdoor dacht ik dat het de juiste religie was. Toen bekeerde ik me tot de islam. Ik was erg religieus geworden zoals mijn pleegfamilie en droeg een hoofddoek en lange jassen. Op mijn zestiende besloten mijn pleegouders dat ik met hun zoon voor de imam moest trouwen en kort daarna werd ik ook zwanger. Helaas besloten zij op mijn negentiende dat ik van hun zoon moest scheiden.
Bij de Turkse cultuur is het meestal zo dat wanneer een vrouw gescheiden is niemand meer met haar wil omgaan. Voor mijn scheiding ging ik alleen met Turkse mensen om maar na mijn scheiding had ik niemand meer. Er was alleen een Turks gezin dat nog contact met mij wilde hebben maar zij hadden niet zo goede bedoelingen met mij. Door deze familie kwam ik in de prostitutie terecht. Ik heb zes jaar gedwongen op de Wallen in Amsterdam gewerkt. Vaak heb ik geprobeerd te ontkomen maar helaas wisten ze mijn zwakke punt....mijn dochter. Zelf zat ik ook vol van schaamte en durfde ook bij niemand om hulp te vragen. Ik wilde altijd dood maar wist dat als ik dat doe ik niet bij God kon komen want ik moest alles weer goed maken. In een korte periode verloor ik drie mensen van wie ik zielsveel hield: mijn oma, mijn vader en zelf was ik zwanger van een van de pooiers wat heeft geleid tot een gedwongen abortus toen ik al vijf maanden zwanger was van een dochter.
De dag dat ik terug kwam van de begrafenis van mijn vader en gelijk weer aan het werk moest besefte ik ineens waar ik was. Jarenlang had ik mijn emoties uitgeschakeld en mijn verstand op nul gezet. Door mijn bewustwording wat er de afgelopen zes jaar eigenlijk was gebeurd bad ik op mijn knieën tot God en zei: ‘God red mij, ik kan het niet meer aan! Of neem mijn leven, laat mij dood gaan. Ik kan het niet meer, U ziet het toch!’ Na drie maanden onophoudelijk bidden en boos zijn op God waarom hij mijn leven niet nam werd in 2007 een van de grootste arrestaties ooit in Nederland uitgevoerd en werd de hele organisatie waarvoor ik moest werken opgerold. Hierdoor kwam ik vrij. God had mijn gebed gehoord.
Er zijn meer dan 30.000 sunna's, handelingen die Mohammed heeft verricht, en ik probeerde ze allemaal na te streven.
Na een tijd te genieten van mijn leven begonnen alle emoties weer naar boven te komen en voelde ik dat ik God niet eens bedankt had en voelde ik me vies en vol schaamte. Nu wist ik: ik moet mijn leven helemaal aan God geven en meer voor Hem doen dan ik ooit tevoren heb gedaan. Bij de islam is het zo dat er naar jouw zonden (gunah) en naar jouw goede daden (sevap) wordt gekeken om te bepalen of jij naar de hel of hemel gaat. Aan je rechter schouder is een engel die jouw goede daden schrijft en aan je linkerkant een engel die jouw slechte daden schrijft. Dus ik moest zoveel mogelijk goede dingen doen en daarom probeerde ik om bijna alles wat in de Koran staat te doen. Er zijn meer dan 30.000 sunna's, handelingen die Mohammed heeft verricht, en ik probeerde ze allemaal na te streven. Op deze manier dacht ik dat ik dan misschien meer sevap kon sparen zodat ik naar de hemel kon gaan, nadat ik mijn straffen had ondergaan. Toen heb ik me helemaal in de islam verdiept. Ik droeg een boerka en kwam bij de zeer religieuze groepering terecht. Ik bracht mensen tot de islam en probeerde alles zo goed en veel mogelijk te doen. Ik wilde alles van de Koran leren en in praktijk brengen in de hoop dat het mij dichter bij God zou brengen. Ik was dag en nacht met de Koran bezig en praatte ieder dag over God.
Terwijl ik zoveel voor God deed voelde ik Hem nooit bij me of voelde nooit dat mijn zonden vergeven waren. Ik voelde me ongelukkig en vies en vol schaamte van binnen. Ik bad tot God en zei: ‘God ik doe toch alles wat U van mij vraagt om te doen, waarom voel ik U dan niet? Wat doe ik nog fout? Laat mij toch de waarheid zien.’ Een half jaar later, na dit gebed vaker te hebben gebeden, zag ik in mijn droom dat ik christen was. Ik had een spijkerbroek en T-shirt aan en lag dood in een kist. Ik had geen boerka aan en om mij heen waren allemaal vrouwen in boerka aan het huilen. Toen kwam de dag des oordeels en ik stond op met heel veel vrede en blijdschap zoals ik nooit had gehad. Ik begreep de droom niet daarom ging ik naar Hocas (Koranleraars) om de betekenis te vragen. Hun antwoord was dat ik verkeerd bezig was en me nog meer in de Koran moest verdiepen. Nu na zoveel jaar begrijp ik de betekenis van de droom. De betekenis is dat mijn oude leven is begraven en ik ben opgestaan in een nieuw leven met Jezus.
Het boek waarvan ik geloofde dat het van God kwam stond vol dingen die onmogelijk van Hem konden komen - zo haatdragend, zo onmenselijk.
Ik moest van het UVW naar school, anders wilden zij mij geen uitkering geven. Ik ging in mijn boerka naar school en vertelde daar ook aan iedereen over God met de hoop dat ik mensen tot de islam kon bekeren. Op een dag zei een christelijke jongen uit mijn klas: ‘Weet je, Veronique, die God waar jij steeds over praat is niet de God van de islam’. Ik werd erg boos en begreep niet wat hij bedoelde. Toen zei hij: ‘Jij bent geen moslim in jouw hart’, en toen werd ik nog bozer omdat ik mezelf als een moslima zag. Hij kwam zelf uit Syrië en kende de islam ook goed. Ik ging veel met hem in discussie over verzen die in de Koran stonden en noemde hem een leugenaar. Toch was ik benieuwd en liet dezelfde verzen die hij had vertaald voor mij door een Irakese vrouw vertalen en tot mijn verbazing vertelde zij mij precies hetzelfde zonder te weten wat hij vertaald had. Mijn hart was gebroken: Het boek waarvan ik geloofde dat het van God kwam stond vol dingen die onmogelijk van Hem konden komen - zo haatdragend, zo onmenselijk. Hoe meer ik de slechte verzen uit de Koran zag hoe meer ik geloofde dat het echt niet van God kon zijn. Ik werd zo verdrietig dat alles wat ik deed voor niets was.
Ik bad tot God en zei: ‘God, laat me de waarheid zien en stuur de juiste mensen op mijn pad die mij naar de juiste weg kunnen brengen zodat ik de waarheid weet. Na het gebed kwamen er zoveel christenen op mijn pad en die vertelden mij over wie Jezus was. En ik begon de Bijbel te lezen. Mijn ogen gingen open ik wist de waarheid. Ik wist dat Jezus de Zoon van God is en dat Hij voor mijn zonden is gestorven en dat Hij mij heeft vergeven terwijl ik daar niets voor hoefde te doen om nog meer goede daden (sevap) te sparen. Nee, ik hoefde alleen om vergiffenis te vragen zoals Maria Magdalena of de vrouw die bij de voeten van de Here Jezus zat, en Hij zou me vergeven. Ik wist dat God mij had vergeven maar ik kon mezelf niet vergeven. Ik kon geen liefde van God of mensen ontvangen omdat ik me onwaardig voelde. Op een dag bad iemand hardop en zei Heer ik dank U dat ik Uw gezegende dochter Veronique mag leren kennen zij is een zegen voor mij en ook voor anderen. Toen dacht ik waarom voelt deze persoon zich gezegend met mij, ik ben toch niets waard? Maar God leerde mij dat ik waardevol in zijn ogen ben ondanks mijn verleden.
God heeft me geholpen om mezelf en de mensen die mij pijn hebben gedaan te vergeven. Niet alleen in woorden maar echt diep in mijn hart heb ik ze vergeven. Ik kan nu ook liefde ontvangen want ik weet dat God heel veel van mij houdt want ik ben zijn dochter. Hij heeft mijn zonden diep in de zee gegooid en is het vergeten, en ik kies ervoor om samen met God naar de toekomst te kijken. Ik kijk alleen naar mijn verleden om God meer te danken voor zijn genade en bescherming die Hij mij alle jaren van mijn leven heeft gegeven. Mijn broeders en zusters in de Heer waarderen mij en ik leer ook door hen heen om liefde te ontvangen en te geven. Ik wil u bemoedigen met mijn getuigenis. Denk niet dat uw zonden te groot zijn voor God want God de Vader heeft zijn Zoon Jezus opgeofferd voor uw en mijn zonden en voor onze redding. God wil en kan iedereen vergeven maar het is aan ons of wij zijn genade aannemen en de Here Jezus accepteren als onze Heer en Redder. God heeft de prijs voor ons betaald omdat Hij onvoorwaardelijk van ons houdt. Hij is liefde!
Veronique
Djawaher: ‘Ik zei tegen God: “Ik doe alles voor U, maar U doet niets om mij te helpen’.
Toen ik een klein meisje was van zes jaar vond in mijn land Iran de islamitische revolutie plaats. Plotseling veranderde alles. Ik moest een hoofddoek dragen. Op school veranderden de regels. De sfeer in het land werd zwaar: er was geen ruimte voor muziek of voor lachen. Op straat werd er geschreeuwd als je hoofddoek niet goed zat. Ik begreep niet wat er gebeurde. Er kwam ook oorlog met Irak. Er waren bombardementen. Een gevoel van onveiligheid begon zich in mijn hart te wortelen. Ik voelde vanaf die tijd iets zwaars op mijn hart liggen. Ik zag uit naar een tijd dat er weer muziek en blijdschap zou zijn.
Mijn familie was politiek actief. Daarom werd op een dag mijn zus opgepakt. Mijn moeder drukte me altijd op het hart om voorzichtig te zijn en om stil te blijven. Ook hierdoor groeiden mijn gevoelens van onveiligheid en bitterheid. Toen ik vijftien was verloor ik ook mijn oudste broer door een ongeluk. Hij was als een tweede vader voor mij. Er groeide steeds meer woede in mij. Ik wilde wraak nemen, maar wist niet op wie. Ik werd depressief en wilde niet meer verder leven. Geestelijk en lichamelijk was ik kapot door zoveel zware ervaringen. Toen ik 22 was zeiden artsen dat ik acht jaar in behandeling zou moeten voor mijn depressiviteit. Daarnaast had ik allerlei lichamelijke klachten, waaronder hartproblemen, die voor een deel aangeboren waren. Elke dag moest ik dertien tabletten nemen voor van alles en nog wat.
Ik was inmiddels wel getrouwd en kreeg een zoon, het enige licht in mijn leven. De familie van mijn man was sterk religieus. Als er problemen waren in de familie legde mijn schoonvader de schuld bij mij, omdat ik niet uit een religieus gezin kwam. Om vrede en rust te krijgen in mijn leven probeerde ik alles te doen wat mogelijk was. Ik probeerde te leven als goede moslima. Ik wilde dichtbij God komen. Ik droeg mijn hoofddoek en deed mijn gebeden. Maar ik vond geen rust, geen hoop en geen licht. Integendeel, zowel mijn woede als mijn ziektes verergerden. Ik weet nog hoe ik naar de hemel keek en tegen God zei: ‘Ik doe alles voor U, maar U doet niets om mij te helpen. Vanaf nu ga ik voor mijn leven vechten.’ Om die reden probeerde ik allerlei andere dingen om mijn leegte te vullen, ik stortte me op een opleiding of zocht het in kunst. Maar ik vond het niet.
Toen ik 25 was kwamen we als vluchteling naar Nederland. Nu begin ik een nieuw leven, dacht ik. Maar helaas waren mijn problemen met mij meegekomen. En er waren nieuwe problemen meegekomen: ik had hier geen familie, geen comfort, en geen verblijfsvergunning. Mijn ziektes en depressie verergerden. Artsen wisten niet wat ze met me moesten. Mijn huwelijk was in gevaar.
Ik smeekte God: ‘Breng alstublieft verandering in mijn leven, of maak er anders een einde aan!’
Op een dag was ik in mijn kamer en voelde me zo zwaar dat ik niet meer op mijn benen kon staan. Ik knielde neer, en ik smeekte God: ‘Breng alstublieft verandering in mijn leven, of maak er anders een einde aan!’ Het was een paar weken later dat mijn zus mij een paar boeken opstuurde, onder andere een boek over vergeving en een over de autoriteit van liefde. Er stonden teksten in uit het ‘Heilige Boek’ (de Bijbel) maar ik wist niet wat dat was. Mijn nieuwsgierigheid was gewekt, alsof er iets achter een gordijn stond wat ik graag wilde zien. Kort daarop zag ik bij een Iraanse vriendin twee ‘Heilige Boeken’ op tafel liggen. Toen ik ernaar informeerde mocht ik er een meenemen. Ik begon in het Nieuwe Testament te lezen over Jezus, en was verbaasd over alle wonderen die beschreven stonden. Toen ik kwam bij het evangelie van Johannes 14:12, las ik niet zelf de woorden, maar hoorde ik ze als een stem. Jezus zegt daar: ‘Waarachtig, ik verzeker jullie: wie op mij vertrouwt zal hetzelfde doen als ik, en zelfs meer dan dat, ik ga immers naar de Vader.’ Ik deed mijn Bijbel dicht en dacht: dat kan niet; ik kan niet worden als Jezus. Als moslima had ik altijd gehoord dat ik nooit zo zou kunnen worden als Mohammed of als zijn dochter. Dit bewijst dat de Bijbel vervalst is, dacht ik. Maar ik bleef diezelfde stem horen, waar ik ook was en wat ik ook deed. Ik was verward en wist niet wat ik moest geloven. Ik liep op een dag een kerkgebouw binnen, maar vond daar geen mensen. Ik vroeg aan God: ‘Wat is er achter dat gordijn? Ik wil het zo graag ontdekken.’
Ik bleef zoeken en ging op een zondag met iemand mee naar de kerk. Ik werd verwelkomt door de vrouw van de voorganger. Ik stelde me voor met de woorden: ‘ik ben moslima en ik geloof dat alle godsdiensten hetzelfde zijn’. Zij antwoordde vol overtuiging: ‘Dat is niet zo. Je moet verder blijven zoeken naar de waarheid’. In die kerkdienst was er een groepje kinderen die samen een lied zongen. Ze zongen: ‘Je bent een parel in Gods hand’, en het leek alsof ze allemaal naar mij keken. Mijn naam, Djawaher, betekent ‘juweel’. Ik werd diep geraakt door dat lied en moest onophoudelijk huilen.
Toch bleef in mij een strijd woeden. Ik kon geen keuze maken. Drie maanden lang worstelde ik ermee en had ik nachtmerries. Ik kon Jezus niet accepteren en ik kon niet geloven dat Hij de Zoon van God is. Op een dag luisterde ik naar een toespraak over nederigheid. Aan het eind knielde ik neer, en ik hoorde mijn mond voortdurend zeggen ‘Jezus, vergeef mij’, maar mijn hoofd vroeg ‘waarom vraag ik vergeving aan Jezus? Alleen God kan ons vergeven!’ Ik begreep nog steeds niet wat het allemaal te betekenen had.
De grote doorbraak kwam toen ik naar een christelijke conferentie ging. Ik voelde me teleurgesteld en was bijna weer weggegaan. Toen hoorde ik daar een preek en ik heb geen idee waar die over ging, maar het was alsof de boodschap niet via mijn oren ging maar via mijn hart. Die avond op mijn kamer bad ik: ‘Jezus, wie bent U?’ Het antwoord kwam: ‘Rustig maar, ik ben bij je, ik ben naast je.’ Ik durfde mijn ogen niet open te doen, maar ik wist dat Hij er was. Die nacht heb ik voor het eerst in jaren lekker geslapen.
De volgende dag was ik zo hongerig naar God. Ik volgde de lessen over de Bijbel en ik ‘at’ alle woorden. Iets in mij was radicaal veranderd. Ik voelde geen trilling meer in mijn lichaam, geen stress in mijn buik, geen problemen in mijn hart. Alles was weg. Ik voelde blijdschap en hoop. Ik kon lachen.
De volgende dag was er een doopdienst. Ik vroeg of ik ook gedoopt mocht worden. Ik wist dat anderen zich wel twee of drie jaar hadden voorbereid voordat ze gedoopt mochten worden, maar ik kreeg toestemming om me gelijk die volgende dag te laten dopen. Ze vroegen mij: ‘Waarom wil je je laten dopen? Wie is Jezus voor jou?’ ‘Hij is alles voor mij’, zei ik. ‘Wat is er dan gebeurd?’ Ik antwoordde: ‘De hemel is weer blauw, het gras is weer groen, de vogels zingen, ik kan weer vrolijk zijn!’
Op de eerste dag werd mijn hart aangeraakt, op de tweede dag kwam ik tot geloof, en op de derde dag ben ik gedoopt. Mijn leven was genezen. Ik gebruikte dertien tabletten per dag, maar ik heb ze sinds die dag nooit meer nodig gehad. Ik had de hoogste score van depressiviteit en mijn hart zou nooit meer genezen. Maar in juli 2003 vond ik Jezus en ben ik genezen. Ik was daar niet voor genezing, niemand heeft voor mijn genezing gebeden en ik dacht ook niet eens aan mijn ziektes. Ik was op zoek naar Hem, naar de bron, naar God. Ik had vanaf die dag geen vragen meer over wie God is: het licht was in mijn leven gekomen en de duisternis was weg. God heeft nog meer wonderen gedaan. Hij heeft mijn zoon teruggebracht die zeven jaar lang van mij weg was. En Hij heeft mijn familie tot geloof gebracht.
Ik zal nooit zeggen dat je als christen geen problemen meer hebt. Want zonder problemen kunnen er geen wonderen gebeuren. Zo leer je steeds weer om op Hem te vertrouwen.
Djawaher
Dawoed: “Ik voelde zijn hand op mijn hoofd en Hij zei: Maak geen zorgen , Ik ben altijd bij je”.
Mijn familie was politiek actief. Daarom werd op een dag mijn zus opgepakt. Mijn moeder drukte me altijd op het hart om voorzichtig te zijn en om stil te blijven. Ook hierdoor groeiden mijn gevoelens van onveiligheid en bitterheid. Toen ik vijftien was verloor ik ook mijn oudste broer door een ongeluk. Hij was als een tweede vader voor mij. Er groeide steeds meer woede in mij. Ik wilde wraak nemen, maar wist niet op wie. Ik werd depressief en wilde niet meer verder leven. Geestelijk en lichamelijk was ik kapot door zoveel zware ervaringen. Toen ik 22 was zeiden artsen dat ik acht jaar in behandeling zou moeten voor mijn depressiviteit. Daarnaast had ik allerlei lichamelijke klachten, waaronder hartproblemen, die voor een deel aangeboren waren. Elke dag moest ik dertien tabletten nemen voor van alles en nog wat.
Ik was inmiddels wel getrouwd en kreeg een zoon, het enige licht in mijn leven. De familie van mijn man was sterk religieus. Als er problemen waren in de familie legde mijn schoonvader de schuld bij mij, omdat ik niet uit een religieus gezin kwam. Om vrede en rust te krijgen in mijn leven probeerde ik alles te doen wat mogelijk was. Ik probeerde te leven als goede moslima. Ik wilde dichtbij God komen. Ik droeg mijn hoofddoek en deed mijn gebeden. Maar ik vond geen rust, geen hoop en geen licht. Integendeel, zowel mijn woede als mijn ziektes verergerden. Ik weet nog hoe ik naar de hemel keek en tegen God zei: ‘Ik doe alles voor U, maar U doet niets om mij te helpen. Vanaf nu ga ik voor mijn leven vechten.’ Om die reden probeerde ik allerlei andere dingen om mijn leegte te vullen, ik stortte me op een opleiding of zocht het in kunst. Maar ik vond het niet.
Toen ik 25 was kwamen we als vluchteling naar Nederland. Nu begin ik een nieuw leven, dacht ik. Maar helaas waren mijn problemen met mij meegekomen. En er waren nieuwe problemen meegekomen: ik had hier geen familie, geen comfort, en geen verblijfsvergunning. Mijn ziektes en depressie verergerden. Artsen wisten niet wat ze met me moesten. Mijn huwelijk was in gevaar.
Ik smeekte God: ‘Breng alstublieft verandering in mijn leven, of maak er anders een einde aan!’
Op een dag was ik in mijn kamer en voelde me zo zwaar dat ik niet meer op mijn benen kon staan. Ik knielde neer, en ik smeekte God: ‘Breng alstublieft verandering in mijn leven, of maak er anders een einde aan!’ Het was een paar weken later dat mijn zus mij een paar boeken opstuurde, onder andere een boek over vergeving en een over de autoriteit van liefde. Er stonden teksten in uit het ‘Heilige Boek’ (de Bijbel) maar ik wist niet wat dat was. Mijn nieuwsgierigheid was gewekt, alsof er iets achter een gordijn stond wat ik graag wilde zien. Kort daarop zag ik bij een Iraanse vriendin twee ‘Heilige Boeken’ op tafel liggen. Toen ik ernaar informeerde mocht ik er een meenemen. Ik begon in het Nieuwe Testament te lezen over Jezus, en was verbaasd over alle wonderen die beschreven stonden. Toen ik kwam bij het evangelie van Johannes 14:12, las ik niet zelf de woorden, maar hoorde ik ze als een stem. Jezus zegt daar: ‘Waarachtig, ik verzeker jullie: wie op mij vertrouwt zal hetzelfde doen als ik, en zelfs meer dan dat, ik ga immers naar de Vader.’ Ik deed mijn Bijbel dicht en dacht: dat kan niet; ik kan niet worden als Jezus. Als moslima had ik altijd gehoord dat ik nooit zo zou kunnen worden als Mohammed of als zijn dochter. Dit bewijst dat de Bijbel vervalst is, dacht ik. Maar ik bleef diezelfde stem horen, waar ik ook was en wat ik ook deed. Ik was verward en wist niet wat ik moest geloven. Ik liep op een dag een kerkgebouw binnen, maar vond daar geen mensen. Ik vroeg aan God: ‘Wat is er achter dat gordijn? Ik wil het zo graag ontdekken.’
Ik bleef zoeken en ging op een zondag met iemand mee naar de kerk. Ik werd verwelkomt door de vrouw van de voorganger. Ik stelde me voor met de woorden: ‘ik ben moslima en ik geloof dat alle godsdiensten hetzelfde zijn’. Zij antwoordde vol overtuiging: ‘Dat is niet zo. Je moet verder blijven zoeken naar de waarheid’. In die kerkdienst was er een groepje kinderen die samen een lied zongen. Ze zongen: ‘Je bent een parel in Gods hand’, en het leek alsof ze allemaal naar mij keken. Mijn naam, Djawaher, betekent ‘juweel’. Ik werd diep geraakt door dat lied en moest onophoudelijk huilen.
Toch bleef in mij een strijd woeden. Ik kon geen keuze maken. Drie maanden lang worstelde ik ermee en had ik nachtmerries. Ik kon Jezus niet accepteren en ik kon niet geloven dat Hij de Zoon van God is. Op een dag luisterde ik naar een toespraak over nederigheid. Aan het eind knielde ik neer, en ik hoorde mijn mond voortdurend zeggen ‘Jezus, vergeef mij’, maar mijn hoofd vroeg ‘waarom vraag ik vergeving aan Jezus? Alleen God kan ons vergeven!’ Ik begreep nog steeds niet wat het allemaal te betekenen had.
De grote doorbraak kwam toen ik naar een christelijke conferentie ging. Ik voelde me teleurgesteld en was bijna weer weggegaan. Toen hoorde ik daar een preek en ik heb geen idee waar die over ging, maar het was alsof de boodschap niet via mijn oren ging maar via mijn hart. Die avond op mijn kamer bad ik: ‘Jezus, wie bent U?’ Het antwoord kwam: ‘Rustig maar, ik ben bij je, ik ben naast je.’ Ik durfde mijn ogen niet open te doen, maar ik wist dat Hij er was. Die nacht heb ik voor het eerst in jaren lekker geslapen.
De volgende dag was ik zo hongerig naar God. Ik volgde de lessen over de Bijbel en ik ‘at’ alle woorden. Iets in mij was radicaal veranderd. Ik voelde geen trilling meer in mijn lichaam, geen stress in mijn buik, geen problemen in mijn hart. Alles was weg. Ik voelde blijdschap en hoop. Ik kon lachen.
De volgende dag was er een doopdienst. Ik vroeg of ik ook gedoopt mocht worden. Ik wist dat anderen zich wel twee of drie jaar hadden voorbereid voordat ze gedoopt mochten worden, maar ik kreeg toestemming om me gelijk die volgende dag te laten dopen. Ze vroegen mij: ‘Waarom wil je je laten dopen? Wie is Jezus voor jou?’ ‘Hij is alles voor mij’, zei ik. ‘Wat is er dan gebeurd?’ Ik antwoordde: ‘De hemel is weer blauw, het gras is weer groen, de vogels zingen, ik kan weer vrolijk zijn!’
Op de eerste dag werd mijn hart aangeraakt, op de tweede dag kwam ik tot geloof, en op de derde dag ben ik gedoopt. Mijn leven was genezen. Ik gebruikte dertien tabletten per dag, maar ik heb ze sinds die dag nooit meer nodig gehad. Ik had de hoogste score van depressiviteit en mijn hart zou nooit meer genezen. Maar in juli 2003 vond ik Jezus en ben ik genezen. Ik was daar niet voor genezing, niemand heeft voor mijn genezing gebeden en ik dacht ook niet eens aan mijn ziektes. Ik was op zoek naar Hem, naar de bron, naar God. Ik had vanaf die dag geen vragen meer over wie God is: het licht was in mijn leven gekomen en de duisternis was weg. God heeft nog meer wonderen gedaan. Hij heeft mijn zoon teruggebracht die zeven jaar lang van mij weg was. En Hij heeft mijn familie tot geloof gebracht.
Ik zal nooit zeggen dat je als christen geen problemen meer hebt. Want zonder problemen kunnen er geen wonderen gebeuren. Zo leer je steeds weer om op Hem te vertrouwen.
Djawaher
Dawoed: “Ik voelde zijn hand op mijn hoofd en Hij zei: Maak geen zorgen , Ik ben altijd bij je”.
Ik woon in Nederland sinds 2001. Ik groeide op in Afghanistan, in de hoofdstad Kaboel. Ik was geen serieuze moslim. Ik kwam er zelfs twee keer in de gevangenis omdat ik niet naar de moskee ging.
Ik ben alleen naar Nederland toe gekomen en kwam terecht in het asielzoekerscentrum. In 2010 woonde ik gewoon in een huis, toen twee mensen bij me aan de deur kwamen. Ze wilden met me praten over Jezus, en ik liet ze gewoon binnen om met ze te praten, want de naam van Jezus staat ook in de Koran en ik had veel respect voor Hem. Voordat ze weggingen boden ze me een DVD aan over het leven van Jezus, en een Bijbel in het Farsi. Die heb ik aangenomen.
Een paar weken daarna werd ik uit de asielprocedure gezet, en belandde ik op straat. Ik heb toen maandenlang op straat geleefd. Ongeveer een half jaar later heb ik opnieuw een asielaanvraag gedaan en zo kwam ik opnieuw in een asielzoekerscentrum. Nadat ik daar al een tijdje zat kreeg ik een nieuwe Afghaanse medebewoner in de bungalow. Hij vertelde mij dat hij ook van iemand een Bijbel had gekregen in aan ander AZC. Maar hij vertelde mij dat hij die niet wilde hebben en hij gooide hem in de prullenbak. Ik zei tegen hem dat hij dat niet moest doen, dat hij respect moest hebben voor dit boek van God: God heeft vier boeken gestuurd, zei ik, en die moeten we respecteren. Maar hij ging mij beledigen en noemde mij een kuffaar, een ongelovige. Ik ging naar mijn eigen kamer, maar voelde me heel onrustig hierover. Ik wilde de Bijbel uit de prullenbak redden, maar wachtte tot het midden in de nacht was, omdat ik niet gezien wilde worden. Toen ik dat had gedaan had ik rust. Ik viel gemakkelijk in slaap, terwijl ik normaal pas tegen vijf uur ’s morgens in slaap viel. In die nacht droomde ik dat ik iemand in witte kleren zag met een hoofddoek op zijn hoofd. Hij maakte een gebaar door zijn handen naar mij uit te strekken. Ik vroeg hem: wie ben je? En hij zei: Ik ben Jezus. Dat was het einde van mijn droom. Ik werd wakker en mijn lichaam trilde ervan.
Een paar maanden later zat ik nogal in de problemen. Dat kwam door de onzekerheid van de asielprocedure, maar ook doordat er een deurwaarder kwam doordat een verzekering was blijven doorlopen en ik een groot geldbedrag moest betalen. Ik zag het allemaal niet meer zitten en was in tranen: waarom moet ik zoveel problemen hebben? Toen ik zo in de narigheid zat ging ik bidden tot Jezus. En in die nacht zag ik opnieuw Jezus in mijn droom. Hij zag er hetzelfde uit als de eerste keer. Ik voelde zijn hand op mijn hoofd en Hij zei: ‘Maak je geen zorgen, Ik ben altijd bij je’.
De volgende dag ging ik op internet zoeken naar de man die mij de eerste keer een Bijbel had gegeven (zijn naam stond namelijk in die Bijbel), en door te googelen vond ik hem. Ik maakte een afspraak om naar hem toe te gaan, en toen heeft hij met mij Bijbelstudie gedaan en meer uitgelegd over wie Jezus is. Zo heb ik Jezus leren kennen, en op 5 mei 2013 heb ik mij laten dopen en ben ik christen geworden. Dat is een dag die ik nooit zal vergeten. Jezus geeft mij leven, rust en kracht. Hij luistert naar mij en antwoordt mijn gebeden. Ook mijn gebed om een verblijfsstatus te krijgen heeft Hij verhoord. En toen dat gebeurde heb ik gebeden of ik woonruimte mocht krijgen dichtbij Amersfoort, bij de kerk waar ik gedoopt ben, en ook dat is gebeurd. Jezus hoort ons gebed!
Dawoed
Ozcan: “Levenslang was ik op zoek naar God. Eindelijk was er contact”.
Ik ben alleen naar Nederland toe gekomen en kwam terecht in het asielzoekerscentrum. In 2010 woonde ik gewoon in een huis, toen twee mensen bij me aan de deur kwamen. Ze wilden met me praten over Jezus, en ik liet ze gewoon binnen om met ze te praten, want de naam van Jezus staat ook in de Koran en ik had veel respect voor Hem. Voordat ze weggingen boden ze me een DVD aan over het leven van Jezus, en een Bijbel in het Farsi. Die heb ik aangenomen.
Een paar weken daarna werd ik uit de asielprocedure gezet, en belandde ik op straat. Ik heb toen maandenlang op straat geleefd. Ongeveer een half jaar later heb ik opnieuw een asielaanvraag gedaan en zo kwam ik opnieuw in een asielzoekerscentrum. Nadat ik daar al een tijdje zat kreeg ik een nieuwe Afghaanse medebewoner in de bungalow. Hij vertelde mij dat hij ook van iemand een Bijbel had gekregen in aan ander AZC. Maar hij vertelde mij dat hij die niet wilde hebben en hij gooide hem in de prullenbak. Ik zei tegen hem dat hij dat niet moest doen, dat hij respect moest hebben voor dit boek van God: God heeft vier boeken gestuurd, zei ik, en die moeten we respecteren. Maar hij ging mij beledigen en noemde mij een kuffaar, een ongelovige. Ik ging naar mijn eigen kamer, maar voelde me heel onrustig hierover. Ik wilde de Bijbel uit de prullenbak redden, maar wachtte tot het midden in de nacht was, omdat ik niet gezien wilde worden. Toen ik dat had gedaan had ik rust. Ik viel gemakkelijk in slaap, terwijl ik normaal pas tegen vijf uur ’s morgens in slaap viel. In die nacht droomde ik dat ik iemand in witte kleren zag met een hoofddoek op zijn hoofd. Hij maakte een gebaar door zijn handen naar mij uit te strekken. Ik vroeg hem: wie ben je? En hij zei: Ik ben Jezus. Dat was het einde van mijn droom. Ik werd wakker en mijn lichaam trilde ervan.
Een paar maanden later zat ik nogal in de problemen. Dat kwam door de onzekerheid van de asielprocedure, maar ook doordat er een deurwaarder kwam doordat een verzekering was blijven doorlopen en ik een groot geldbedrag moest betalen. Ik zag het allemaal niet meer zitten en was in tranen: waarom moet ik zoveel problemen hebben? Toen ik zo in de narigheid zat ging ik bidden tot Jezus. En in die nacht zag ik opnieuw Jezus in mijn droom. Hij zag er hetzelfde uit als de eerste keer. Ik voelde zijn hand op mijn hoofd en Hij zei: ‘Maak je geen zorgen, Ik ben altijd bij je’.
De volgende dag ging ik op internet zoeken naar de man die mij de eerste keer een Bijbel had gegeven (zijn naam stond namelijk in die Bijbel), en door te googelen vond ik hem. Ik maakte een afspraak om naar hem toe te gaan, en toen heeft hij met mij Bijbelstudie gedaan en meer uitgelegd over wie Jezus is. Zo heb ik Jezus leren kennen, en op 5 mei 2013 heb ik mij laten dopen en ben ik christen geworden. Dat is een dag die ik nooit zal vergeten. Jezus geeft mij leven, rust en kracht. Hij luistert naar mij en antwoordt mijn gebeden. Ook mijn gebed om een verblijfsstatus te krijgen heeft Hij verhoord. En toen dat gebeurde heb ik gebeden of ik woonruimte mocht krijgen dichtbij Amersfoort, bij de kerk waar ik gedoopt ben, en ook dat is gebeurd. Jezus hoort ons gebed!
Dawoed
Ozcan: “Levenslang was ik op zoek naar God. Eindelijk was er contact”.
Mijn leven begon in een dorp in het Noordoosten van Turkije. Ik werd geboren als tweede in een gezin met drie kinderen. We woonden op het platteland en leefden van de landbouw. De stad was ver weg en had geen invloed op ons leven. We verdienden weinig en daarom vertrokken de mannen naar de grote stad of naar het buitenland. Ook mijn vader vertrok eerst naar Istanbul, later zelfs naar het buitenland. Ik heb hem veel gemist.
Voor zover ik me kan herinneren ben ik altijd een stille, introverte jongen geweest. Dat ben ik trouwens nog steeds. Geloven in God is voor mij altijd vanzelfsprekend geweest. Mijn zeer vrome oma schreef alle gebeurtenissen toe aan God en ik was bijna altijd bij haar. Ik heb, evenals zij, in elke seconde in mijn leven naar contact met God gesnakt. Mijn oudste herinnering heeft ook te maken met mijn zoektocht naar God. Tijdens een onweer, toen ik buiten een enorme knal hoorde na een flinke lichtflits, dacht ik: “Dat is Allah.”
Iedereen in ons dorp was soenniet en ik ben als moslim opgevoed. Ik werd op zijn tijd naar de moskee gestuurd om mijn geloof te leren. Ik koesterde een diep respect en liefde voor Allah. Er was een God en hij heette Allah. Allah spreekt nooit met ons, alleen met zijn geliefde Mohamed. En via hem stuurde Allah de Koran. Wij moeten doen wat er in de Koran stond. Want, de Koran is Allah's woord dat uit de hemel is neergedaald! Conform mijn islamitische opvoeding heb ik bijna 35 jaar in dit verhaal geloofd. Ik wist niet beter. We leerden dat het christendom duivels was, dat de naam “christen” synoniem was aan “slecht mens”. Wie christen was zou eeuwig branden in de hel… Tijdens mijn adolescentie echter las ik serieuze boeken en zag ik in westerse films dat de waarheid wel eens anders kon zijn.
Na mijn militaire dienst verhuisde ik naar Istanboel. Mijn vader was daar ondertussen zelfstandig ondernemer geworden. Als jongeman van 20 jaar wist ik inmiddels over de Europese levenswijze, humanisme, gelijkheid, democratie, welzijn etc. Ik verlangde steeds sterker om naar Europa te emigreren. Maar, een gewone Turkse staatsburger kwam niet in aanmerking voor een visum van een West-Europees land. Ik had op een landkaart van Europa al een illegale route getekend…
Met veel inzet bad ik vijf keer per dag en vastte ik tijdens de Ramadan, want op die manier zou ik Allah kunnen bereiken.
Na een paar maanden belandde ik in Nederland. Het lukte me om me hier te vestigen en omdat ik geen zorgen meer had, hervatte ik mijn zoektocht naar God. Hierdoor heb ik tussen mijn 27e en 35e levensjaar veel tijd gestoken in onderzoek naar de islam. Zo heb ik de Koran keer op keer gelezen, de geschiedenis van de islam en het leven van Mohamed bestudeerd en het Arabische alfabet geleerd om de Koran in Allah’s eigen taal te kunnen lezen. Met veel inzet bad ik vijf keer per dag en vastte ik tijdens de Ramadan, want op die manier zou ik Allah kunnen bereiken. Ik snakte naar contact. Maar, hoe dieper ik de islam indook, hoe groter mijn teleurstelling. Ja, ik was in een hopeloos doolhof beland. Er waren allerlei doodlopende paden, zo bedrieglijk en leugenachtig, niet een ervan bracht me tot nabijheid van God…
Tijdens een wandeling in neerslachtige toestand kwam ik langs een evangelische boekhandel. Deze winkel had ik altijd geminacht. Maar dit keer liep ik naar binnen. Aan de jonge verkoopster, die me vriendelijk aansprak, vertelde ik dat ik een gefrustreerde moslim was op zoek naar God. We spraken kort en zij zei dat zij haar baas zou vragen of hij me kon helpen. Kort hierop volgde een prettig gesprek met de beide eigenaren. Tot mijn verbazing gaven ze mij een nieuwe bijbel mee, nog in plasticfolie verpakt. Ik hou van nieuwe boeken.
Eerste Kerstavond van 2005 zat ik op de bank en maakte de folie van mijn Bijbel met plezier open. Ik bekeek de kaarten, de inhoudsopgave en begon te lezen. Ergens in Exodus stopte ik en legde mijn Bijbel op zij om naar een film te kijken. Ik wist niet eens welke film het was. Ik zag Bruce Willis en ging kijken. Later ben ik erachter gekomen dat de film The Sixth Sense heette.
Uit de diepte roep ik tot U Heer.
Bruce Willis speelt in deze film Malcolm, de psycholoog van Cole, een kleine, stille en zichzelf gekeerde jongen. Op een gegeven moment loopt deze jongen een kerk binnen en gaat zitten in een van de rijen. Malcolm loopt achter hem. Dan zegt Cole iets in het Latijn, maar Malcolm begrijpt niet wat hij zegt. Thuisgekomen vertaalt de psycholoog de woorden van de jongen: “uit de diepte roep ik tot U Heer”. Deze zin raakte mij diep in mijn hart. Ik riep immers ook vanuit de diepte van mijn hart tot God. Even later begon de reclame en ik keerde terug naar mijn bijbel. Ik wilde niet doorgaan waar ik was. De film was interessant en ik wilde snel in mijn nieuwe bijbel kijken, om vervolgens na de reclame weer naar de film kijken. Ik sloeg zomaar een pagina open en op de rechterbladzijde las ik: “uit de diepte roep ik tot U Heer!” Dat kon geen toeval zijn! Tegelijkertijd voelde ik een enorme kracht om me heen. Een zalige, machtige kracht die al mijn contact met deze wereld afsloot. Een frisse, heerlijke lucht om me heen. De zwaartekracht, alle waarnemingsvermogen en gewaarwording, alle zintuigen, vielen plotseling weg; het was alsof de hoofdschakelaar van een gebouw afsloeg: zalige stilte. Het duurde hooguit een seconde.
Na deze machtige kortsluiting is niets meer in mijn leven hetzelfde gebleven. Er moest daarna nog wel veel gebeuren voordat ik de betekenis van deze gebeurtenis kon begrijpen en ernaar handelen. Levenslang was ik op zoek naar God. Uiteindelijk heeft Hij me een prachtige boodschap gestuurd. Er was eindelijk contact.
Ozcan
Voor zover ik me kan herinneren ben ik altijd een stille, introverte jongen geweest. Dat ben ik trouwens nog steeds. Geloven in God is voor mij altijd vanzelfsprekend geweest. Mijn zeer vrome oma schreef alle gebeurtenissen toe aan God en ik was bijna altijd bij haar. Ik heb, evenals zij, in elke seconde in mijn leven naar contact met God gesnakt. Mijn oudste herinnering heeft ook te maken met mijn zoektocht naar God. Tijdens een onweer, toen ik buiten een enorme knal hoorde na een flinke lichtflits, dacht ik: “Dat is Allah.”
Iedereen in ons dorp was soenniet en ik ben als moslim opgevoed. Ik werd op zijn tijd naar de moskee gestuurd om mijn geloof te leren. Ik koesterde een diep respect en liefde voor Allah. Er was een God en hij heette Allah. Allah spreekt nooit met ons, alleen met zijn geliefde Mohamed. En via hem stuurde Allah de Koran. Wij moeten doen wat er in de Koran stond. Want, de Koran is Allah's woord dat uit de hemel is neergedaald! Conform mijn islamitische opvoeding heb ik bijna 35 jaar in dit verhaal geloofd. Ik wist niet beter. We leerden dat het christendom duivels was, dat de naam “christen” synoniem was aan “slecht mens”. Wie christen was zou eeuwig branden in de hel… Tijdens mijn adolescentie echter las ik serieuze boeken en zag ik in westerse films dat de waarheid wel eens anders kon zijn.
Na mijn militaire dienst verhuisde ik naar Istanboel. Mijn vader was daar ondertussen zelfstandig ondernemer geworden. Als jongeman van 20 jaar wist ik inmiddels over de Europese levenswijze, humanisme, gelijkheid, democratie, welzijn etc. Ik verlangde steeds sterker om naar Europa te emigreren. Maar, een gewone Turkse staatsburger kwam niet in aanmerking voor een visum van een West-Europees land. Ik had op een landkaart van Europa al een illegale route getekend…
Met veel inzet bad ik vijf keer per dag en vastte ik tijdens de Ramadan, want op die manier zou ik Allah kunnen bereiken.
Na een paar maanden belandde ik in Nederland. Het lukte me om me hier te vestigen en omdat ik geen zorgen meer had, hervatte ik mijn zoektocht naar God. Hierdoor heb ik tussen mijn 27e en 35e levensjaar veel tijd gestoken in onderzoek naar de islam. Zo heb ik de Koran keer op keer gelezen, de geschiedenis van de islam en het leven van Mohamed bestudeerd en het Arabische alfabet geleerd om de Koran in Allah’s eigen taal te kunnen lezen. Met veel inzet bad ik vijf keer per dag en vastte ik tijdens de Ramadan, want op die manier zou ik Allah kunnen bereiken. Ik snakte naar contact. Maar, hoe dieper ik de islam indook, hoe groter mijn teleurstelling. Ja, ik was in een hopeloos doolhof beland. Er waren allerlei doodlopende paden, zo bedrieglijk en leugenachtig, niet een ervan bracht me tot nabijheid van God…
Tijdens een wandeling in neerslachtige toestand kwam ik langs een evangelische boekhandel. Deze winkel had ik altijd geminacht. Maar dit keer liep ik naar binnen. Aan de jonge verkoopster, die me vriendelijk aansprak, vertelde ik dat ik een gefrustreerde moslim was op zoek naar God. We spraken kort en zij zei dat zij haar baas zou vragen of hij me kon helpen. Kort hierop volgde een prettig gesprek met de beide eigenaren. Tot mijn verbazing gaven ze mij een nieuwe bijbel mee, nog in plasticfolie verpakt. Ik hou van nieuwe boeken.
Eerste Kerstavond van 2005 zat ik op de bank en maakte de folie van mijn Bijbel met plezier open. Ik bekeek de kaarten, de inhoudsopgave en begon te lezen. Ergens in Exodus stopte ik en legde mijn Bijbel op zij om naar een film te kijken. Ik wist niet eens welke film het was. Ik zag Bruce Willis en ging kijken. Later ben ik erachter gekomen dat de film The Sixth Sense heette.
Uit de diepte roep ik tot U Heer.
Bruce Willis speelt in deze film Malcolm, de psycholoog van Cole, een kleine, stille en zichzelf gekeerde jongen. Op een gegeven moment loopt deze jongen een kerk binnen en gaat zitten in een van de rijen. Malcolm loopt achter hem. Dan zegt Cole iets in het Latijn, maar Malcolm begrijpt niet wat hij zegt. Thuisgekomen vertaalt de psycholoog de woorden van de jongen: “uit de diepte roep ik tot U Heer”. Deze zin raakte mij diep in mijn hart. Ik riep immers ook vanuit de diepte van mijn hart tot God. Even later begon de reclame en ik keerde terug naar mijn bijbel. Ik wilde niet doorgaan waar ik was. De film was interessant en ik wilde snel in mijn nieuwe bijbel kijken, om vervolgens na de reclame weer naar de film kijken. Ik sloeg zomaar een pagina open en op de rechterbladzijde las ik: “uit de diepte roep ik tot U Heer!” Dat kon geen toeval zijn! Tegelijkertijd voelde ik een enorme kracht om me heen. Een zalige, machtige kracht die al mijn contact met deze wereld afsloot. Een frisse, heerlijke lucht om me heen. De zwaartekracht, alle waarnemingsvermogen en gewaarwording, alle zintuigen, vielen plotseling weg; het was alsof de hoofdschakelaar van een gebouw afsloeg: zalige stilte. Het duurde hooguit een seconde.
Na deze machtige kortsluiting is niets meer in mijn leven hetzelfde gebleven. Er moest daarna nog wel veel gebeuren voordat ik de betekenis van deze gebeurtenis kon begrijpen en ernaar handelen. Levenslang was ik op zoek naar God. Uiteindelijk heeft Hij me een prachtige boodschap gestuurd. Er was eindelijk contact.
Ozcan
Jezus zegt: “Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij".
يقول يسوع: "أنا الطريق، الحقيقة والحياة
لا أحد يأتي إلى الأب إلا من خلالي
(afb.: https://www.creatov.nl/2013/02/de-weg-naar-het-kruis)
يقول يسوع: "أنا الطريق، الحقيقة والحياة
لا أحد يأتي إلى الأب إلا من خلالي
(afb.: https://www.creatov.nl/2013/02/de-weg-naar-het-kruis)
Sezgin: “Ik hoef me geen zorgen meer te maken, mijn leven is in Gods hand”.
Ik ben opgevoed als een moslim aangezien mijn familie islamitisch is. En ook zij zijn islamitisch aangezien hun ouders ook islamitisch zijn. Sinds mijn 18e had ik een verlangen naar God, nadat ik, hoe ironisch, de film Passion of The Christ had gezien. Het leven van Jezus bewonderde ik, en ik vond het prachtig dat een man van God tot de dood kon gehoorzamen. Omdat ik toen nog een moslim was, begon ik met de Koran. En omdat de islam heel veel boeken (de Koran, de ahadith/gezegdes van Muhammed en zijn naasten, biografie van Muhammed, interpretaties van de geleerden etc.) heeft, was ik zeer intensief kennis aan het opdoen. Deze reis van kennis opdoen duurde voor mij uiteindelijk vier jaar. En hoe meer ik erover wist, hoe meer ik er afkeer van had.
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Facial_expression)
Ik kon het maar niet vergeten hoeveel ik vreugde daar zag.
Tijdens een zomervakantie nam ik een Bijbel mee zodat ik kennis over de joden en christenen had, die ik later tegen hen kon gebruiken om hen duidelijk te maken dat ze fout zaten. Na het lezen van het Evangelie, was ik zeer onder de indruk. En nogmaals was Jezus de hoofdspeler. Jezus bleef me maar inspireren. Maar omdat mijn islamitische achtergrond zo diep in mijn wortels was, kon ik nooit accepteren dat Jezus de Zoon van God is en voor onze zonden gestorven is. Dus ik deed de Bijbel dicht, noteerde de verzen die ik als tegenargument kon gebruiken en ging verder met de Koran. Na deze zomervakantie was ik op het internet constant in discussie met christenen. Na een paar discussies had deze persoon (toevallig een pastor) mij uitgenodigd naar de kerk zodat wij op ons gemak alles konden bespreken. Zo gezegd, zo gedaan. Na deze gesprekken had hij me vervolgens uitgenodigd om als moslim naar een bijeenkomst te komen waar ik als moslim christenen kon informeren over de islam. Toen ik daar aankwam zag ik geen droevige gezichten die op het oordeel van Allah wachten, maar ik zag mensen die een relatie met God hebben en leefden als bevrijde mensen. Na die avond ging ik en mijn (zwakke) argumenten naar huis. Ik kon het maar niet vergeten hoeveel ik vreugde daar zag. En ook de zin ‘ik zal voor je bidden, Sezgin’ van de predikant, raakte me.
Hoe meer ik met de islam bezig was en hoe meer ik antwoorden op mijn vooroordelen over de Bijbel kreeg, hoe meer ik kritisch tegenover de Koran werd. De vragen waar ik als moslim nooit bij stil stond begon ik me opeens af te vragen. Ik stelde me vragen als: Waarom ben ik een moslim? Heb ik zelf wel bewust voor de islam gekozen? Waarom ben ik geen christen? Als een moslim bleef ik maar beweren dat de Bijbel veranderd was en dat Muhammed voorspeld is in de Bijbel. Maar dat zei ik niet omdat ik de feiten onderzocht had. Ik zei dat alleen omdat de Koran dat mij leerde….Na verder onderzoek kwam ik er achter dat al die beweringen simpelweg niet klopten. Inhoudelijk ga ik hier daar niet op in vanwege tijdgebrek. Waar ik mijn argumenten baseer zal ik binnenkort uittypen en met anderen delen, met Gods wil.
Tijdens de fase van mijn onderzoek kreeg ik als kers op de taart ook nog eens dromen over Jezus. En hoe meer ik naar Jezus begon te luisteren, des te meer Jezus naar mij toekwam. Het gebed van mijn predikant werd verhoord. En ook omdat ik spontaan op zoek was, kwam de Heer mij bezoeken. Zowel in mijn dromen als in mijn dagelijkse leven. En met dagelijkse leven bedoel ik dat ik een nieuwe kijk kreeg. Ik verliet mijn vooroordelen over de Bijbel, en zag steeds meer in dat Jezus Heer en Redder is. Na meer dan acht dromen, en een goed onderzoek, waren al mijn vooroordelen verdwenen en al mijn argumenten beantwoord. Ik dacht aan mijn vraag die ik een tijdje geleden mezelf afvroeg: ‘Waarom ben ik geen christen?’ Nu had ik een antwoord op die vraag, namelijk: ik ben al een christen! Nu weet ik het zeker: ik geloofde als moslim in God, maar nu ken ik God! Geloven in God is heel wat anders dan God vinden. Net zoals je misschien in liefde wel gelooft, terwijl je nooit verliefd geworden bent. En net zoals de apostel Thomas kon ik eindelijk tegen Jezus roepen: ‘Mijn Heer en mijn God.’ De Zoon is van de Vader gekomen naar de aarde. En brengt ieder die naar het Licht loopt naar de Vader. Want alleen Hij, die van de Vader komt en Hem kent, kan de kinderen naar hun Vader brengen. Hij is de weg en de waarheid. Hij is de deur van de muur waar iedereen er tegen botst. Want niemand komt naar de Vader, behalve via de Zoon.
De Heer Jezus heeft me geleerd dat iedere zonde vernietigend is.
In de islam was er een slaaf en Heer relatie. Moslims zeggen dan ook vaak dat ze slaven van Allah zijn. Als moslim moest ik Allah dienen om zoveel mogelijk punten te scoren door zijn bevelen te volgen. En nu ik een christen ben, is het een Vader en zoon relatie. Mijn bekering is het antwoord op de uitnodiging van mijn hemelse Vader. Als moslim was ik zeer religieus, maar als christen volg ik niet meer wetten om me vrij te spreken van het oordeel, maar heb een relatie met mijn hemelse Vader die ondanks al mijn fouten mij niet zal oordelen. Want ik ben immers zijn kind, en Hij mijn Vader. Hoe slecht het kind ook is, de Vader zal het kind uiteindelijk omhelzen. Als moslim was ik zeer bang voor het oordeel, en moest ik wel de wetten van de islam volgen. Niet omdat ik het altijd wilde. Maar omdat er geen andere uitweg was. Maar die was er dus wel: de hemelse Vader die mij zoveel genade en liefde geschonken heeft, waardoor ik meer dan ooit gehoorzaam ben. Niet uit angst, en niet omdat we perfect moeten zijn, maar als antwoord op deze eeuwige liefde. Ik ben mij nu bewuster van mijn zonden. Als moslim dacht ik: zolang ik meer goede daden heb, kan een zonde er wel bij. Maar de Heer Jezus heeft me geleerd dat iedere zonde vernietigend is. Zonde is geen spel. Van iedere zonde moet je je bewust zijn, en niet vertrouwen op je goede daden, maar vertrouwen op de genade van de Heer. Ik hoef me geen zorgen meer te maken. Want mijn leven is in Gods handen.
Ik wil iedereen uitnodigen om zich bewust te zijn van datgene waar je in gelooft. Zowel de Bijbel als de Koran roept de mensen op om bewust te geloven. We moeten niet geloven omdat onze voorouders het ook geloofden. Nee, we moeten eerlijk op zoek zijn, tot God bidden voor leiding en oprecht zijn. De Heer belooft dat wie zoekt zal vinden. En als een getuige weet ik dat die woorden waarachtig zijn. We moeten onze vooroordelen links laten liggen en oprecht op zoek gaan.
De Heer roept: ‘Kom! laat wie dorst heeft, komen. Laat wie wil, het water nemen dat leven geeft. Gratis!’ (Openbaring 22:17)
‘Kom naar mij, jullie die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan, dan zal ik jullie rust geven. Neem mijn juk op je en leer van mij, want ik ben zachtmoedig en nederig van hart. Dan zullen jullie werkelijk rust vinden, want mijn juk is zacht en mijn last is licht.’
(Mattheüs 11:28-30)
Sezgin
Zeynep: “Je moet als christen risico’s nemen en niet bang zijn voor mensen”.
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Facial_expression)
Ik kon het maar niet vergeten hoeveel ik vreugde daar zag.
Tijdens een zomervakantie nam ik een Bijbel mee zodat ik kennis over de joden en christenen had, die ik later tegen hen kon gebruiken om hen duidelijk te maken dat ze fout zaten. Na het lezen van het Evangelie, was ik zeer onder de indruk. En nogmaals was Jezus de hoofdspeler. Jezus bleef me maar inspireren. Maar omdat mijn islamitische achtergrond zo diep in mijn wortels was, kon ik nooit accepteren dat Jezus de Zoon van God is en voor onze zonden gestorven is. Dus ik deed de Bijbel dicht, noteerde de verzen die ik als tegenargument kon gebruiken en ging verder met de Koran. Na deze zomervakantie was ik op het internet constant in discussie met christenen. Na een paar discussies had deze persoon (toevallig een pastor) mij uitgenodigd naar de kerk zodat wij op ons gemak alles konden bespreken. Zo gezegd, zo gedaan. Na deze gesprekken had hij me vervolgens uitgenodigd om als moslim naar een bijeenkomst te komen waar ik als moslim christenen kon informeren over de islam. Toen ik daar aankwam zag ik geen droevige gezichten die op het oordeel van Allah wachten, maar ik zag mensen die een relatie met God hebben en leefden als bevrijde mensen. Na die avond ging ik en mijn (zwakke) argumenten naar huis. Ik kon het maar niet vergeten hoeveel ik vreugde daar zag. En ook de zin ‘ik zal voor je bidden, Sezgin’ van de predikant, raakte me.
Hoe meer ik met de islam bezig was en hoe meer ik antwoorden op mijn vooroordelen over de Bijbel kreeg, hoe meer ik kritisch tegenover de Koran werd. De vragen waar ik als moslim nooit bij stil stond begon ik me opeens af te vragen. Ik stelde me vragen als: Waarom ben ik een moslim? Heb ik zelf wel bewust voor de islam gekozen? Waarom ben ik geen christen? Als een moslim bleef ik maar beweren dat de Bijbel veranderd was en dat Muhammed voorspeld is in de Bijbel. Maar dat zei ik niet omdat ik de feiten onderzocht had. Ik zei dat alleen omdat de Koran dat mij leerde….Na verder onderzoek kwam ik er achter dat al die beweringen simpelweg niet klopten. Inhoudelijk ga ik hier daar niet op in vanwege tijdgebrek. Waar ik mijn argumenten baseer zal ik binnenkort uittypen en met anderen delen, met Gods wil.
Tijdens de fase van mijn onderzoek kreeg ik als kers op de taart ook nog eens dromen over Jezus. En hoe meer ik naar Jezus begon te luisteren, des te meer Jezus naar mij toekwam. Het gebed van mijn predikant werd verhoord. En ook omdat ik spontaan op zoek was, kwam de Heer mij bezoeken. Zowel in mijn dromen als in mijn dagelijkse leven. En met dagelijkse leven bedoel ik dat ik een nieuwe kijk kreeg. Ik verliet mijn vooroordelen over de Bijbel, en zag steeds meer in dat Jezus Heer en Redder is. Na meer dan acht dromen, en een goed onderzoek, waren al mijn vooroordelen verdwenen en al mijn argumenten beantwoord. Ik dacht aan mijn vraag die ik een tijdje geleden mezelf afvroeg: ‘Waarom ben ik geen christen?’ Nu had ik een antwoord op die vraag, namelijk: ik ben al een christen! Nu weet ik het zeker: ik geloofde als moslim in God, maar nu ken ik God! Geloven in God is heel wat anders dan God vinden. Net zoals je misschien in liefde wel gelooft, terwijl je nooit verliefd geworden bent. En net zoals de apostel Thomas kon ik eindelijk tegen Jezus roepen: ‘Mijn Heer en mijn God.’ De Zoon is van de Vader gekomen naar de aarde. En brengt ieder die naar het Licht loopt naar de Vader. Want alleen Hij, die van de Vader komt en Hem kent, kan de kinderen naar hun Vader brengen. Hij is de weg en de waarheid. Hij is de deur van de muur waar iedereen er tegen botst. Want niemand komt naar de Vader, behalve via de Zoon.
De Heer Jezus heeft me geleerd dat iedere zonde vernietigend is.
In de islam was er een slaaf en Heer relatie. Moslims zeggen dan ook vaak dat ze slaven van Allah zijn. Als moslim moest ik Allah dienen om zoveel mogelijk punten te scoren door zijn bevelen te volgen. En nu ik een christen ben, is het een Vader en zoon relatie. Mijn bekering is het antwoord op de uitnodiging van mijn hemelse Vader. Als moslim was ik zeer religieus, maar als christen volg ik niet meer wetten om me vrij te spreken van het oordeel, maar heb een relatie met mijn hemelse Vader die ondanks al mijn fouten mij niet zal oordelen. Want ik ben immers zijn kind, en Hij mijn Vader. Hoe slecht het kind ook is, de Vader zal het kind uiteindelijk omhelzen. Als moslim was ik zeer bang voor het oordeel, en moest ik wel de wetten van de islam volgen. Niet omdat ik het altijd wilde. Maar omdat er geen andere uitweg was. Maar die was er dus wel: de hemelse Vader die mij zoveel genade en liefde geschonken heeft, waardoor ik meer dan ooit gehoorzaam ben. Niet uit angst, en niet omdat we perfect moeten zijn, maar als antwoord op deze eeuwige liefde. Ik ben mij nu bewuster van mijn zonden. Als moslim dacht ik: zolang ik meer goede daden heb, kan een zonde er wel bij. Maar de Heer Jezus heeft me geleerd dat iedere zonde vernietigend is. Zonde is geen spel. Van iedere zonde moet je je bewust zijn, en niet vertrouwen op je goede daden, maar vertrouwen op de genade van de Heer. Ik hoef me geen zorgen meer te maken. Want mijn leven is in Gods handen.
Ik wil iedereen uitnodigen om zich bewust te zijn van datgene waar je in gelooft. Zowel de Bijbel als de Koran roept de mensen op om bewust te geloven. We moeten niet geloven omdat onze voorouders het ook geloofden. Nee, we moeten eerlijk op zoek zijn, tot God bidden voor leiding en oprecht zijn. De Heer belooft dat wie zoekt zal vinden. En als een getuige weet ik dat die woorden waarachtig zijn. We moeten onze vooroordelen links laten liggen en oprecht op zoek gaan.
De Heer roept: ‘Kom! laat wie dorst heeft, komen. Laat wie wil, het water nemen dat leven geeft. Gratis!’ (Openbaring 22:17)
‘Kom naar mij, jullie die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan, dan zal ik jullie rust geven. Neem mijn juk op je en leer van mij, want ik ben zachtmoedig en nederig van hart. Dan zullen jullie werkelijk rust vinden, want mijn juk is zacht en mijn last is licht.’
(Mattheüs 11:28-30)
Sezgin
Zeynep: “Je moet als christen risico’s nemen en niet bang zijn voor mensen”.
Mijn naam is Zeynep, en ik heb mij een aantal jaren geleden bekeerd tot het christendom. Dit was een moeilijk keuze voor mij, aangezien ik als moslim ben opgegroeid. Maar ik heb uiteindelijk toch het moeilijkste in mijn leven overwonnen! En ik heb er geen spijt van! Maar hoe ben ik eigenlijk tot bekering gekomen? En waarom? Dat leg ik je nu uit, en hopelijk hebben andere moslims die zich willen bekeren tot het christendom hier ook wat aan.
Op een dag voelde ik mij heel erg onrustig. Ik zat continu mijzelf naar beneden te halen in mijn gedachten. ‘Als je moslim bent moet je vijf keer per dag bidden anders ga je naar de hel’ werd er continu op school gezegd. Maar je school dan? En je werk? Moet je dat achterwege laten omdat je moet bidden? Diezelfde nacht viel ik huilend in slaap, ik was de islam echt zat. Iedereen vertelde mij wat anders (hoewel ik nooit streng ben opgevoed door mijn moeder, maar mijn vader was de extremist). Die nacht heb ik gedroomd, een droom waar ik zelfs nu nog de rillingen van krijg omdat ik zeker weet dat God mij die droom heeft gestuurd!
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Line_art)
Ik zocht panisch naar antwoorden in mijn droom, maar ik wist alleen niet wat voor antwoorden. Opeens streelde een man door mijn haren en gaf mij een knuffel. Hij vertelde mij dat ik mij moest bekeren tot het christendom als ik echt antwoorden wilde en innerlijke rust en liefde. Ik zag geen gezicht, hij had alleen een wit gewaad aan en een hele lieve, zachte stem. Hij stelde mij gerust en ik werd wakker. Het eerst wat ik dacht was: Ach nee, dat kan toch niet? En ik deed er niet veel mee. Totdat ik twee maanden later weer hetzelfde droomde. Ik schrok mij rot. Opeens wist ik het, het christendom is de sleutel naar een beter leven! Ik begon mij erin te verdiepen, dingen op te zoeken en vragen te stellen aan mijn christelijke vrienden. Ik kreeg zo'n mooi gevoel als we het over Jezus hadden, een gevoel wat ik niet kan beschrijven maar te mooi is om waar te zijn. Een gevoel wat ik bij Mohammed nooit heb gehad, maar bij Jezus Christus wel! Een gevoel wat mij geruststelde, dat ik er niet alleen voor stond maar er altijd iemand bij mij is. Te mooi om waar te zijn, ik had mij nog nooit zo geweldig gevoeld. Als een kind dat een sticker krijgt op school omdat hij goed heeft opgeruimd.
Uiteindelijk besloot ik mijn moeder te vertellen over mijn bekering, mijn innerlijke rust, mijn droom, en ik probeerde haar ook in te lichten over Jezus. Mijn moeder dacht in eerste instantie dat ik het deed omdat ik boos was op de islam en een hekel had gekregen aan de hypocriete moslims. Totdat ik haar duidelijk uit had gelegd dat ik ook ouder begin te worden, dingen anders begin te zien, en mijn eigen keuzes begin te maken. Ze vond het erg vreemd en raar in het begin, maar heeft het uiteindelijk toch geaccepteerd. Mijn vader moet ik het tot op de dag van vandaag nog vertellen. Maar uit angst durf ik het niet. Maar dan zegt een stemmetje in mijn hoofd: Waarom ben je zo angstig en terughoudend tegenover je vader? Waarom? Je gelooft anders, nou en? Het was mijn angst om door hem vervolgd te worden en dat hij mij iets zou aandoen. Maar uiteindelijk dacht ik: Jezus Christus is voor ons gestorven aan het kruis, omdat wij mensen niets anders zijn dan zondaren. Waarom moet ik mijn geloof geheim houden? Integendeel ik ben zelfs TROTS! Trots dat ik mijzelf een christen mag noemen. Ik zou er zelfs voor sterven. Want met Gods hulp blijf ik tot aan mijn dood christen!
God houdt van je, Jezus is voor je gestorven. Dus waarom jij niet voor Hem?
Wat ik dus eigenlijk hiermee wil zeggen is: je hoeft niet bang te zijn. God houdt van je, Jezus is voor je gestorven. Dus waarom jij niet voor Hem? Omdat je eventjes pijn lijdt en daarna voor altijd in het paradijs zit met vrede en liefde? Omdat jij je bekeerd hebt tot iets wat beter is voor je, vervolgd wordt of vermoord? Je moet als christen risico's nemen, en niet bang zijn voor mensen. Want wat zijn wij mensen dat wij over anderen mogen oordelen? Of dat we anderen mogen vermoorden? Heeft God ons die opdracht gegeven? Heeft God tegen ons gezegd dat wij mogen beslissen wie mag leven en wie moet sterven? Nee, dus vergeet niet dat jij niet de zondaar bent op dat moment. Maar de mensen die ons dit aandoen!
Zeynep
Zeki: “Nu begrijp ik waarom de duivel mij zo vaak wilde doden en het hem niet gelukt is”.
Op een dag voelde ik mij heel erg onrustig. Ik zat continu mijzelf naar beneden te halen in mijn gedachten. ‘Als je moslim bent moet je vijf keer per dag bidden anders ga je naar de hel’ werd er continu op school gezegd. Maar je school dan? En je werk? Moet je dat achterwege laten omdat je moet bidden? Diezelfde nacht viel ik huilend in slaap, ik was de islam echt zat. Iedereen vertelde mij wat anders (hoewel ik nooit streng ben opgevoed door mijn moeder, maar mijn vader was de extremist). Die nacht heb ik gedroomd, een droom waar ik zelfs nu nog de rillingen van krijg omdat ik zeker weet dat God mij die droom heeft gestuurd!
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Line_art)
Ik zocht panisch naar antwoorden in mijn droom, maar ik wist alleen niet wat voor antwoorden. Opeens streelde een man door mijn haren en gaf mij een knuffel. Hij vertelde mij dat ik mij moest bekeren tot het christendom als ik echt antwoorden wilde en innerlijke rust en liefde. Ik zag geen gezicht, hij had alleen een wit gewaad aan en een hele lieve, zachte stem. Hij stelde mij gerust en ik werd wakker. Het eerst wat ik dacht was: Ach nee, dat kan toch niet? En ik deed er niet veel mee. Totdat ik twee maanden later weer hetzelfde droomde. Ik schrok mij rot. Opeens wist ik het, het christendom is de sleutel naar een beter leven! Ik begon mij erin te verdiepen, dingen op te zoeken en vragen te stellen aan mijn christelijke vrienden. Ik kreeg zo'n mooi gevoel als we het over Jezus hadden, een gevoel wat ik niet kan beschrijven maar te mooi is om waar te zijn. Een gevoel wat ik bij Mohammed nooit heb gehad, maar bij Jezus Christus wel! Een gevoel wat mij geruststelde, dat ik er niet alleen voor stond maar er altijd iemand bij mij is. Te mooi om waar te zijn, ik had mij nog nooit zo geweldig gevoeld. Als een kind dat een sticker krijgt op school omdat hij goed heeft opgeruimd.
Uiteindelijk besloot ik mijn moeder te vertellen over mijn bekering, mijn innerlijke rust, mijn droom, en ik probeerde haar ook in te lichten over Jezus. Mijn moeder dacht in eerste instantie dat ik het deed omdat ik boos was op de islam en een hekel had gekregen aan de hypocriete moslims. Totdat ik haar duidelijk uit had gelegd dat ik ook ouder begin te worden, dingen anders begin te zien, en mijn eigen keuzes begin te maken. Ze vond het erg vreemd en raar in het begin, maar heeft het uiteindelijk toch geaccepteerd. Mijn vader moet ik het tot op de dag van vandaag nog vertellen. Maar uit angst durf ik het niet. Maar dan zegt een stemmetje in mijn hoofd: Waarom ben je zo angstig en terughoudend tegenover je vader? Waarom? Je gelooft anders, nou en? Het was mijn angst om door hem vervolgd te worden en dat hij mij iets zou aandoen. Maar uiteindelijk dacht ik: Jezus Christus is voor ons gestorven aan het kruis, omdat wij mensen niets anders zijn dan zondaren. Waarom moet ik mijn geloof geheim houden? Integendeel ik ben zelfs TROTS! Trots dat ik mijzelf een christen mag noemen. Ik zou er zelfs voor sterven. Want met Gods hulp blijf ik tot aan mijn dood christen!
God houdt van je, Jezus is voor je gestorven. Dus waarom jij niet voor Hem?
Wat ik dus eigenlijk hiermee wil zeggen is: je hoeft niet bang te zijn. God houdt van je, Jezus is voor je gestorven. Dus waarom jij niet voor Hem? Omdat je eventjes pijn lijdt en daarna voor altijd in het paradijs zit met vrede en liefde? Omdat jij je bekeerd hebt tot iets wat beter is voor je, vervolgd wordt of vermoord? Je moet als christen risico's nemen, en niet bang zijn voor mensen. Want wat zijn wij mensen dat wij over anderen mogen oordelen? Of dat we anderen mogen vermoorden? Heeft God ons die opdracht gegeven? Heeft God tegen ons gezegd dat wij mogen beslissen wie mag leven en wie moet sterven? Nee, dus vergeet niet dat jij niet de zondaar bent op dat moment. Maar de mensen die ons dit aandoen!
Zeynep
Zeki: “Nu begrijp ik waarom de duivel mij zo vaak wilde doden en het hem niet gelukt is”.
Ik ben Zeki en ik ben in Turkije geboren. Ik ben opgegroeid in een religieuze islamitische familie. Ik hield me niet zoveel als mijn familie met religie bezig. Mijn vader las bijna ieder dag de Koran, liet zijn baard heel lang groeien en deed lange witte gewaden aan. Hij heeft ook mijn moeder verplicht om een boerka aan te doen maar doordat ik het er niet mee eens was deed ze geen boerka aan (als oudste zoon had ik veel te zeggen thuis). Ik vastte in ramadan maar las zelf de Koran niet. Het was meestal zo dat ik geloofde wat de imams en mijn vader mij vertelden over wat in de Koran staat maar zelf lezen kon ik niet omdat ik nooit op school heb gezeten.
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Line_ar)
Ik begon op mijn tiende al met werken in een fabriek in Iskenderun. In de winter werkte ik in de fabriek en in de zomer ging ik met paar ander mensen illegaal naar Libanon en werkte daar. Ik ben in totaal zes keer naar Libanon gegaan om daar te werken. Ik kwam ook regelmatig in Syrië. In de tijden dat ik naar Libanon ging was ik een heel religieuze moslim geworden. Toen ik voor de vijfde keer in Libanon was kwam er heel veel propaganda over de slechte dingen die de Joden met het Palestijnse volk deden. Ik werd daar heel kwaad op de Israëli’s. Op straat vroeg ik een soldaat of hij mij wilde helpen om ook tegen Israel te vechten. Deze soldaat bracht mij naar een guerrilla bureau in Sabra om mezelf op te geven om tegen de Israëli’s te vechten. Ik dacht dat ik bij het bureau van de partij van Yasser Arafat was maar ik was bij George Habash, een christelijke leider. De verantwoordelijke vertelde mij dat ik te jong was om te vechten en daarom moest ik makkelijk werk doen zoals posters op de muren hangen. Ik was daar niet blij mee want ik wilde meteen tegen Israel vechten en omdat het niet mocht ben ik na een dag bij hen weggegaan. Ik weet zeker dat als ik bij de partij van Yasser Arafat was gekomen ik meteen tegen Israël had mogen vechten. Ik ben nu achteraf ontzettend blij dat het niet door ging.
Toen ik de laatste keer naar Libanon ging werd ik gepakt omdat ik daar illegaal was. In de gevangenis kwam een pastor Bijbels uitdelen. Ik heb een Bijbel naar mijn vader meegenomen. Ik hoop voor hem dat hij die gelezen heeft maar dat weet ik niet. Na deze gebeurtenis ging ik niet meer terug naar Libanon. Ik kreeg in 1988 een aanbod om in Bahrein te gaan werken maar dat ging niet door. Kort daarna kreeg ik aanbod om in Dubai te gaan werken maar dat ging ook niet door. Daarna kwam ik in Turkije in de gevangenis terecht door politieke omstandigheden. Toen had ik helemaal geen dromen meer om naar een Arabisch land te verhuizen. Ik kwam in 1995 met een vals paspoort naar Duitsland als asielzoeker. De regering van Duitsland wilde ons terug sturen maar wij kwamen naar Nederland. In Nederland hebben zij ook vaak geprobeerd om ons terug te sturen naar Turkije maar dat is hun niet gelukt. In 2007 kregen wij een verblijfsvergunning door het generaal pardon en toen wist ik dat Nederland het land is waar ik zal blijven wonen.
Als het niet uw wil is dat ik naar een kerk ga, laat mij dan onderweg dood gaan – dan ga ik als moslim dood.
In 2007 kwam ik erachter dat mijn dochter Sabahat een christen was geworden. Ik was erg verbaasd en dacht: hoe kan dat nou? Een paar maanden later kwam zij op een dag samen met een vriendin van haar ons over Jezus vertellen en haar vriendin ging voor ons bidden. Toen opende ik mijn hart voor Jezus en wilde ik Hem beter leren kennen. Doordat ik analfabeet ben kon ik de Bijbel niet lezen. Mijn dochter Sabahat vertelde me wel soms dingen over Jezus maar ik kende hem nog niet. In 2009 liep ik op straat en ik wilde naar een kerk gaan. Vlakbij waar ik woonde was een kerk. Toen ik daar naar toe liep bad ik tot God: Als het niet uw wil is dat ik naar een kerk ga, laat mij dan onderweg dood gaan - dan ga ik als moslim dood, maar als het uw wil is, laat mij dan veilig aankomen en dan zal ik altijd naar de kerk gaan. Ik kwam daar veilig aan maar ging niet zo vaak naar de kerk zoals ik God dat had beloofd.
In 2013 begon ik een televisiekanaal Hayat TV te bekijken en een Arabisch kanaal die de Bijbel en Koran met de verzen daarbij vergelijkt. Toen gingen mijn ogen open. Ik besefte in juni 2013 wie Jezus werkelijk is en waarom Hij voor mij is gestorven. Dat is zodat ik gered kan worden, zodat mijn zonden vergeven kunnen worden. Hoe meer ik de Heer Jezus leer kennen hoe meer ik me over Hem en over God verwonder. De duivel heeft vier keer geprobeerd om mij te doden maar dat is hem niet gelukt. In Turkije kreeg ik in de fabriek waar ik werkte een elektrische schok en viel van heel hoog naar beneden, maar er gebeurde niets met mij. Iedereen was verbaasd dat ik niets gebroken had. Ik heb in Duitsland een groot ongeluk gehad. Ik botste met mijn fiets tegen een auto en de auto was total loss maar met mij was niets gebeurd. Bij het ongeluk was alleen mijn teen gekneusd. De politieagenten die onderzoek deden naar het ongeluk waren erg verbaasd dat ik dat had overleefd. Een paar jaren geleden kreeg ik te horen dat er een tumor in mijn hoofd zat. Ik werd geopereerd en er gebeurde niets met mij. Een paar maanden geleden toen ik me wilde laten dopen kreeg ik een hartinfarct. Toen werd ik geopereerd aan mijn hart en daar hebben de chirurgen vijf omleidingen gemaakt. De operatie duurde vier en een half uur. Nu ben ik helemaal gezond.
Nu begrijp ik waarom God wilde dat ik samen met mijn familie naar Nederland moest verhuizen en waarom de duivel mij zo vaak wilde doden en het hem niet is gelukt. God heeft een plan met mijn leven en God wilde zich aan mij openbaren en mij redden door het bloed van zijn Zoon Jezus. Ik ben God ontzettend dankbaar voor alles wat Hij voor mij doet en gedaan heeft. Ik wil de Almachtige God die Zijn Zoon voor mij heeft geofferd dienen en Hem volgen.
Zeki
Nacrin: “Ik had hem zo hard nodig, maar ik hoorde niets van Hem”.
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Line_ar)
Ik begon op mijn tiende al met werken in een fabriek in Iskenderun. In de winter werkte ik in de fabriek en in de zomer ging ik met paar ander mensen illegaal naar Libanon en werkte daar. Ik ben in totaal zes keer naar Libanon gegaan om daar te werken. Ik kwam ook regelmatig in Syrië. In de tijden dat ik naar Libanon ging was ik een heel religieuze moslim geworden. Toen ik voor de vijfde keer in Libanon was kwam er heel veel propaganda over de slechte dingen die de Joden met het Palestijnse volk deden. Ik werd daar heel kwaad op de Israëli’s. Op straat vroeg ik een soldaat of hij mij wilde helpen om ook tegen Israel te vechten. Deze soldaat bracht mij naar een guerrilla bureau in Sabra om mezelf op te geven om tegen de Israëli’s te vechten. Ik dacht dat ik bij het bureau van de partij van Yasser Arafat was maar ik was bij George Habash, een christelijke leider. De verantwoordelijke vertelde mij dat ik te jong was om te vechten en daarom moest ik makkelijk werk doen zoals posters op de muren hangen. Ik was daar niet blij mee want ik wilde meteen tegen Israel vechten en omdat het niet mocht ben ik na een dag bij hen weggegaan. Ik weet zeker dat als ik bij de partij van Yasser Arafat was gekomen ik meteen tegen Israël had mogen vechten. Ik ben nu achteraf ontzettend blij dat het niet door ging.
Toen ik de laatste keer naar Libanon ging werd ik gepakt omdat ik daar illegaal was. In de gevangenis kwam een pastor Bijbels uitdelen. Ik heb een Bijbel naar mijn vader meegenomen. Ik hoop voor hem dat hij die gelezen heeft maar dat weet ik niet. Na deze gebeurtenis ging ik niet meer terug naar Libanon. Ik kreeg in 1988 een aanbod om in Bahrein te gaan werken maar dat ging niet door. Kort daarna kreeg ik aanbod om in Dubai te gaan werken maar dat ging ook niet door. Daarna kwam ik in Turkije in de gevangenis terecht door politieke omstandigheden. Toen had ik helemaal geen dromen meer om naar een Arabisch land te verhuizen. Ik kwam in 1995 met een vals paspoort naar Duitsland als asielzoeker. De regering van Duitsland wilde ons terug sturen maar wij kwamen naar Nederland. In Nederland hebben zij ook vaak geprobeerd om ons terug te sturen naar Turkije maar dat is hun niet gelukt. In 2007 kregen wij een verblijfsvergunning door het generaal pardon en toen wist ik dat Nederland het land is waar ik zal blijven wonen.
Als het niet uw wil is dat ik naar een kerk ga, laat mij dan onderweg dood gaan – dan ga ik als moslim dood.
In 2007 kwam ik erachter dat mijn dochter Sabahat een christen was geworden. Ik was erg verbaasd en dacht: hoe kan dat nou? Een paar maanden later kwam zij op een dag samen met een vriendin van haar ons over Jezus vertellen en haar vriendin ging voor ons bidden. Toen opende ik mijn hart voor Jezus en wilde ik Hem beter leren kennen. Doordat ik analfabeet ben kon ik de Bijbel niet lezen. Mijn dochter Sabahat vertelde me wel soms dingen over Jezus maar ik kende hem nog niet. In 2009 liep ik op straat en ik wilde naar een kerk gaan. Vlakbij waar ik woonde was een kerk. Toen ik daar naar toe liep bad ik tot God: Als het niet uw wil is dat ik naar een kerk ga, laat mij dan onderweg dood gaan - dan ga ik als moslim dood, maar als het uw wil is, laat mij dan veilig aankomen en dan zal ik altijd naar de kerk gaan. Ik kwam daar veilig aan maar ging niet zo vaak naar de kerk zoals ik God dat had beloofd.
In 2013 begon ik een televisiekanaal Hayat TV te bekijken en een Arabisch kanaal die de Bijbel en Koran met de verzen daarbij vergelijkt. Toen gingen mijn ogen open. Ik besefte in juni 2013 wie Jezus werkelijk is en waarom Hij voor mij is gestorven. Dat is zodat ik gered kan worden, zodat mijn zonden vergeven kunnen worden. Hoe meer ik de Heer Jezus leer kennen hoe meer ik me over Hem en over God verwonder. De duivel heeft vier keer geprobeerd om mij te doden maar dat is hem niet gelukt. In Turkije kreeg ik in de fabriek waar ik werkte een elektrische schok en viel van heel hoog naar beneden, maar er gebeurde niets met mij. Iedereen was verbaasd dat ik niets gebroken had. Ik heb in Duitsland een groot ongeluk gehad. Ik botste met mijn fiets tegen een auto en de auto was total loss maar met mij was niets gebeurd. Bij het ongeluk was alleen mijn teen gekneusd. De politieagenten die onderzoek deden naar het ongeluk waren erg verbaasd dat ik dat had overleefd. Een paar jaren geleden kreeg ik te horen dat er een tumor in mijn hoofd zat. Ik werd geopereerd en er gebeurde niets met mij. Een paar maanden geleden toen ik me wilde laten dopen kreeg ik een hartinfarct. Toen werd ik geopereerd aan mijn hart en daar hebben de chirurgen vijf omleidingen gemaakt. De operatie duurde vier en een half uur. Nu ben ik helemaal gezond.
Nu begrijp ik waarom God wilde dat ik samen met mijn familie naar Nederland moest verhuizen en waarom de duivel mij zo vaak wilde doden en het hem niet is gelukt. God heeft een plan met mijn leven en God wilde zich aan mij openbaren en mij redden door het bloed van zijn Zoon Jezus. Ik ben God ontzettend dankbaar voor alles wat Hij voor mij doet en gedaan heeft. Ik wil de Almachtige God die Zijn Zoon voor mij heeft geofferd dienen en Hem volgen.
Zeki
Nacrin: “Ik had hem zo hard nodig, maar ik hoorde niets van Hem”.
Mijn naam is Nacrin, ik ben getrouwd en heb drie kinderen. Ik kom oorspronkelijk uit Iran. Daar heb ik islamitisch recht gestudeerd en achttien jaar bij een rechtbank in Teheran gewerkt. Vijftien jaar geleden ben ik met mijn man en toen twee kinderen uit Iran gevlucht. Zoals vele families in Iran, was mijn familie ook moslim. Ikzelf was streng gelovig. Ik hield me aan de hijab (het dragen van een hoofddoek) en bad vijf maal per dag. Al die jaren dat ik zo bezig was met God, had ik toch nooit echt het gevoel dat ik een relatie met God had. Ik wist diep in mijn hart dat ik iets miste.
(afb.: https://www.head.com/nl/sports/tennis)
Ik zag geen verandering in mijn leven, alles bleef hetzelfde. Ik had nooit het gevoel dat ik iets terug hoorde van God. Het leek maar van één richting uit te gaan, steeds van mij naar God. Mijn vragen bleven onbeantwoord. In een islamitische maatschappij is het onrecht tegen vrouwen heel groot. Keer op keer wilde ik van God weten waarom dit zo was maar ik kreeg geen antwoord. Waarom mochten vrouwen mishandeld worden? Waarom moesten vrouwen hun kinderen afstaan als de man wilde scheiden? Waarom mochten mannen vier vrouwen hebben en waarom mocht Mohammed, die in opdracht van God handelde, al die dingen doen? Maar ik had nog veel meer vragen. Het werden er meer en meer. Ook in de Koran kon ik geen antwoorden vinden. Na verloop van tijd begon ik mijn geloof te verliezen. Want er was geen band. Soms gaf ik mezelf de schuld. Soms dacht ik dat ik niet rein genoeg was voor contact met God.
Soms dacht ik dat ik niet rein genoeg was voor contact met God
Door bepaalde gebeurtenissen in mijn leven moest ik mijn land verlaten en reizen naar een onbekend land. Ik had een heel leven opgebouwd, maar alles wat ik opgebouwd had was ik ook heel snel kwijt. Daar stond ik dan, een vreemdeling in een vreemd land. We moesten asiel aanvragen in Nederland en een verblijfsvergunning afwachten. Dit was een zeer moeilijke fase in mijn leven. Ik was een gebroken mens. Ik had geen doel meer en was bang dat ik de toekomst van mijn kinderen had verpest. In die periode vroeg ik God waar Hij was. Ik had Hem zo hard nodig, maar ik hoorde niets van Hem.
Op een avond was ik bij een vriendin en daar was een christelijke vrouw die over de Bijbel aan het praten was. Mijn taal was toen nog slechter dan nu, maar toch deed ze heel hard haar best om het mij duidelijk te maken. Na die avond bleven we contact houden. Voor het eerst in mijn leven hoorde ik via haar dat God je waardeert zoals je bent. Ik hoorde dingen dat Hij als mens op aarde is gekomen om ons lijden en onze pijn weg te nemen. Je hoefde niet op een bepaalde manier te gaan bidden in de richting van een bepaalde plek. Je had geen extra regels en de constante angst dat je iets verkeerd deed. Je moest alleen van Hem houden, met heel je hart.
Voor het eerst in mijn leven hoorde ik dat God je waardeert zoals je bent
Ik begon steeds meer interesse te krijgen en vroeg naar een Iraanse Bijbel. Dag in dag uit begon ik de Bijbel te lezen. In het begin vond ik de Bijbel moeilijk te begrijpen. Voorheen, in de islam, ging het heel simpel om het verdienen van de genade van God met je daden. Hoe kan het dat God, in het christelijke geloof, je zo maar vergeeft? Op een avond was ik alleen en las in de Bijbel. Ik begon met Jezus te praten en las Johannes 1 vers 14: Het Woord is mens geworden en heeft bij ons gewoond, vol van goedheid en waarheid, en wij hebben zijn grootheid gezien, de grootheid van de enige Zoon van de Vader. Dat was een speciaal moment voor mij, alsof ik in aanraking kwam met de Heilige Geest. Ik barste uit in tranen. Toen heb ik Jezus in mijn hart toegelaten. Ik heb me laten dopen en probeer elke dag te groeien in mijn geloof met de hulp van Heilige Geest. Een jaar geleden ben ik met de internationale christelijke gemeente in Veenendaal in contact gekomen. Wat daar gebeurt vind ik heel bijzonder. Je ziet er mensen met een verschillende huidskleur, cultuur en taal, maar ze geloven allemaal in Christus.
Nacrin
Ela: “Ik vond het zo oneerlijk: Waarom moest ik in zo’n dilemma zitten?”
(afb.: https://www.head.com/nl/sports/tennis)
Ik zag geen verandering in mijn leven, alles bleef hetzelfde. Ik had nooit het gevoel dat ik iets terug hoorde van God. Het leek maar van één richting uit te gaan, steeds van mij naar God. Mijn vragen bleven onbeantwoord. In een islamitische maatschappij is het onrecht tegen vrouwen heel groot. Keer op keer wilde ik van God weten waarom dit zo was maar ik kreeg geen antwoord. Waarom mochten vrouwen mishandeld worden? Waarom moesten vrouwen hun kinderen afstaan als de man wilde scheiden? Waarom mochten mannen vier vrouwen hebben en waarom mocht Mohammed, die in opdracht van God handelde, al die dingen doen? Maar ik had nog veel meer vragen. Het werden er meer en meer. Ook in de Koran kon ik geen antwoorden vinden. Na verloop van tijd begon ik mijn geloof te verliezen. Want er was geen band. Soms gaf ik mezelf de schuld. Soms dacht ik dat ik niet rein genoeg was voor contact met God.
Soms dacht ik dat ik niet rein genoeg was voor contact met God
Door bepaalde gebeurtenissen in mijn leven moest ik mijn land verlaten en reizen naar een onbekend land. Ik had een heel leven opgebouwd, maar alles wat ik opgebouwd had was ik ook heel snel kwijt. Daar stond ik dan, een vreemdeling in een vreemd land. We moesten asiel aanvragen in Nederland en een verblijfsvergunning afwachten. Dit was een zeer moeilijke fase in mijn leven. Ik was een gebroken mens. Ik had geen doel meer en was bang dat ik de toekomst van mijn kinderen had verpest. In die periode vroeg ik God waar Hij was. Ik had Hem zo hard nodig, maar ik hoorde niets van Hem.
Op een avond was ik bij een vriendin en daar was een christelijke vrouw die over de Bijbel aan het praten was. Mijn taal was toen nog slechter dan nu, maar toch deed ze heel hard haar best om het mij duidelijk te maken. Na die avond bleven we contact houden. Voor het eerst in mijn leven hoorde ik via haar dat God je waardeert zoals je bent. Ik hoorde dingen dat Hij als mens op aarde is gekomen om ons lijden en onze pijn weg te nemen. Je hoefde niet op een bepaalde manier te gaan bidden in de richting van een bepaalde plek. Je had geen extra regels en de constante angst dat je iets verkeerd deed. Je moest alleen van Hem houden, met heel je hart.
Voor het eerst in mijn leven hoorde ik dat God je waardeert zoals je bent
Ik begon steeds meer interesse te krijgen en vroeg naar een Iraanse Bijbel. Dag in dag uit begon ik de Bijbel te lezen. In het begin vond ik de Bijbel moeilijk te begrijpen. Voorheen, in de islam, ging het heel simpel om het verdienen van de genade van God met je daden. Hoe kan het dat God, in het christelijke geloof, je zo maar vergeeft? Op een avond was ik alleen en las in de Bijbel. Ik begon met Jezus te praten en las Johannes 1 vers 14: Het Woord is mens geworden en heeft bij ons gewoond, vol van goedheid en waarheid, en wij hebben zijn grootheid gezien, de grootheid van de enige Zoon van de Vader. Dat was een speciaal moment voor mij, alsof ik in aanraking kwam met de Heilige Geest. Ik barste uit in tranen. Toen heb ik Jezus in mijn hart toegelaten. Ik heb me laten dopen en probeer elke dag te groeien in mijn geloof met de hulp van Heilige Geest. Een jaar geleden ben ik met de internationale christelijke gemeente in Veenendaal in contact gekomen. Wat daar gebeurt vind ik heel bijzonder. Je ziet er mensen met een verschillende huidskleur, cultuur en taal, maar ze geloven allemaal in Christus.
Nacrin
Ela: “Ik vond het zo oneerlijk: Waarom moest ik in zo’n dilemma zitten?”
Ik ben een Turks meisje van 22 jaar (2013). Ik ben geboren en opgevoed als een Alevitisch moslim. Eigenlijk heb ik van huis uit vooral geleerd om Allah te aanbidden, veel over profeet Ali heb ik niet geleerd. Ik heb verschillende ‘’sureler’’ (Arabische standaard gebedjes) van mijn broer geleerd. Toen ik zo’n twaalf jaar oud was kreeg ik een boekje van mijn moeder waar ook die standaard gebedjes in stonden. Ik vond geloof altijd erg interessant, dus ik probeerde al die gebeden uit mijn hoofd te leren. En elke keer als ik hoorde dat een kennis of een vriend of iemand die ik alleen bij naam kende overleed, probeerde ik dichter bij Allah te komen. Ik wist alleen niet hoe. Het enige wat ik voor Allah deed was in mijn eigen woorden bidden en die standaardgebeden uitspreken. Ik voelde Allah niet. Toch bleef ik volhouden, ik wist immers dat de weg naar Allah het enige goede pad was. Totdat mijn broer (toen ik zestien was) in aanraking kwam met Jezus. Ik zal zijn getuigenis samenvatten.
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Line_art)
Hij was zo’n twintig jaar, een stoere jongen die elk weekend uitging. Dames, vechten en volgens mij ook alcohol waren belangrijke dingen voor hem. Daarom had hij ook bijna elk weekend ruzie met iemand, zodat hij elke keer kon bewijzen dat hij goed was in vechten. Totdat hij een keer een klap van iemand kreeg en op de grond viel. Op dat moment verscheen een licht, en hoorde mijn broer een stem: ‘Waar ben je mee bezig?’ werd hem gevraagd. Mijn broer, die voor het eerst tijdens een ruzie had verloren, ging teleurgesteld naar huis. Thuis, midden in de nacht, ging hij even op de computer. Hij ging op Youtube, waar je aan de rechterkant filmpjes hebt die erg populair zijn. Daar stond de film van Jezus ook bij. Hij heeft de hele nacht naar die film gekeken en hij leerde op dat moment dus de Here Jezus kennen. Toen begon de zoektocht! Hij heeft drie dagen en nachten lang gebeden op zijn knieën en gehuild. Hoe komt het dat wij als moslim zijn geboren, wie is Jezus dan, wat is de waarheid?
Hij bad dat hij duidelijkheid kreeg over de waarheid, zodat hij die God kon aanbidden. Na de derde dag, verscheen de almachtige Heer in een droom. Hij zat op een troon, als een Koning. Hij keek mijn broer alleen aan. Maar voor mijn broer was het antwoord duidelijk: De weg en de waarheid, dat was Jezus Christus. Hij ging wel verder met zijn zoektocht, maar hij was toen niet meer zozeer op zoek naar de waarheid, maar vooral naar waarom Jezus de waarheid is.
‘Ik geloofde dat er in ieder geval een God of Allah was die antwoord zou geven.’
Toen mijn ouders hoorden dat mijn broer zich bekeerd had werden ze erg boos. Elke dag werd hierover gediscussieerd. Ik bleef stil en luisterde alleen mee. Ik was heel erg teruggetrokken, een rustige puber. Bijna elke avond vroeg ik mijn broer of hij even naar mijn kamer wilde komen. Ik vroeg hem allerlei dingen over hoe ik moest zijn op school, hoe ik me moest gedragen enzovoort. Alles wat hij zei vond ik zo mooi klinken: ‘Als iemand jou op de rechterwang slaat, keer dan ook je linkerwang naar hem toe.’ Dit was één van de citaten die mij diep hadden geraakt! Ik begon steeds meer interesse te tonen en begon er zelf ook voor te bidden. Mijn broer nam mij mee naar een christelijke gemeente. Ik vond het best bijzonder. Ik dacht: Wow, wat zijn de mensen hier toch anders, sowieso anders dan de mensen die ik in het Alevitisch gebedshuis tegenkwam. Ik begon er voor te bidden, maar diep van binnen deed het me pijn! Ik vond het zo oneerlijk: Waarom moest ik in zo’n dilemma zitten? Waarom moest ik kiezen tussen de islam en het christendom? Was alles een leugen? Alles wat ik heb geleerd over de islam, en al mijn gebeden, was alles nep? Ik was diep teleurgesteld en ik voelde me wanhopig. Maar ik bleef bidden, ik geloofde dat er in ieder geval een God of Allah was die antwoord zou geven. Bij mij gebeurde het niet aan de hand van een droom. Het ging bij mij meer door te kijken naar verschillen tussen moslims en christenen, Bijbel en Koran, dus kortom de islam en het christendom. En die verschillen waren echt duidelijk te zien! Ik zag het verschil vooral in de mensen. Van de christenen leerde ik liefdadigheid en zachtmoedigheid.
Van de moslims leerde ik ‘houd je aan de vijf plichten!’ Hoe realistisch is het om als student vijf keer op een dag te bidden? Allah wist toch dat de jongeren in 2013 leerplichtig zijn en dat de ouders werken? Ik voelde me meteen na dit soort gedachten weer schuldig tegenover Allah: ‘hoe kan ik mijn respect verliezen door zo te denken?’ Toch vond ik diep van binnen dat ik gelijk had.
Toen ik samen met mijn broer naar een islamitische bijeenkomst ging, was het verschil qua mensen overduidelijk. Mijn broer zat ergens anders met de mannen en ik zat bij de dames. Op de terugweg vertelde mijn broer dat een man in zijn gezicht had gespuugd, omdat mijn broer zijn ervaring met onze lieve Here Jezus in de groep had gegooid. Voor mij was dit het laatste druppeltje: Ik wou Jezus beter leren kennen en ik gaf Mohammed geen kans meer. Al deed het mij pijn om te weten dat mijn familie, vrienden, kennissen allemaal moslims zijn. Ik bad keer op keer om meer duidelijkheid te krijgen en ik vroeg steeds om bevestigingen. Ik vond het ontzettend bijzonder dat ik antwoord kreeg op mijn vragen. Ik heb wel wekenlang gesmeekt dat ik Hem ook in mijn dromen zou zien. Maar God liet mij blijken dat Hij eerst meer geloof wilde zien bij mij. Dit deed Hij onder andere door mensen die ik niet kende op mijn pad te sturen en hun mij vragen te laten stellen over geloof, waar ik in geloofde en waarom. Zoiets had ik nooit eerder meegemaakt! Ik heb de almachtige Heer daarna ook in mijn dromen gezien. Ook in mijn droom keek Hij alleen. Ik voelde dat dit de waarheid was. Ik voelde de aanwezigheid van de Heer ook heel goed!
Vanaf het moment dat ik de Heer in mijn leven had, leefde ik in vrede. Ik begon de bijbel te lezen. Matteüs hoofdstuk 5 raakte mij heel erg, dit omdat God hierin duidelijk laat zien dat Hij van ons verwacht dat wij goede mensen worden die andere mensen liefhebben: Jullie hebben gehoord dat gezegd werd: “Een oog voor een oog en een tand voor een tand.” En ik zeg jullie je niet te verzetten tegen wie kwaad doet, maar wie je op de rechterwang slaat, ook de linkerwang toe te keren. Als iemand een proces tegen je wil voeren en je onderkleed van je wil afnemen, sta hem dan ook je bovenkleed af. En als iemand je dwingt één mijl met hem mee te gaan, loop er dan twee met hem op.
Geef aan wie iets van je vraagt, en keer je niet af van wie geld van je wil lenen. Jullie hebben gehoord dat gezegd werd: “Je moet je naaste liefhebben en je vijand haten.” En ik zeg jullie: heb je vijanden lief en bid voor wie jullie vervolgen, alleen dan zijn jullie werkelijk kinderen van je Vader in de hemel.
Ik heb ook moeilijker periodes gehad. Toen ik achttien was verzwakte ik heel erg in mijn geloof. Net in die periode leerde ik een Turkse jongen kennen. Dat zorgde voor meer afstand tussen mij en God. Mijzelf snijden begon ook een hobby te worden. Ik kon God en een Turkse (moslim)vriend niet combineren. Ik werd er gek van. Twee jaar daarvoor zat ik vol van Gods liefde, ik was zo vurig, zo sterk in mijn geloof. Hoe was het mogelijk dat ik zo erg verzwakt was, ik snapte er niks van. De satan had mij compleet in de macht! Ergens probeerde ik met mijn menselijke verstand STOP te zeggen tegen mijzelf. Ik vertelde mijn vriend wekenlang feiten over mijn geloof en ik hoopte dat hij zich zou bekeren. Dit gebeurde niet, en de relatie ging uit. Dit had mij helemaal kapot gemaakt, ik verzwakte erger en erger. Ik was teleurgesteld in God. Ik had pijn want ik hield heel erg veel van mijn vriend. Ik zat helemaal in de ban van mijn verloren liefde. En ik had het gevoel dat God mij had losgelaten. Ik was het allemaal zo zat.
‘Ik snapte niet waarom God mij beschermde, want ik had Hem verlaten.’
Een paar maanden later leerde ik een nieuwe jongen kennen. Ik had gedacht dat ik zo mijn ex kon vergeten. Ik had God helemaal losgelaten. Wat mij betreft kon en mocht ik naar de hel. Ik accepteerde het, want ik verdiende Gods liefde niet meer. Het enige wat ik nog tegen God kon zeggen was: Ik ga door de brede poort, de smalle poort is alleen voor de sterke gelovigen. Ik ben een zondaar, ik ga door de brede poort. (Matteüs 7,13: Ga door de nauwe poort naar binnen. Want de brede weg, die velen volgen, en de ruime poort, waar velen door naar binnen gaan, leiden naar de ondergang). Ik werd door mijn ouders en mijn broer verplicht om me met deze jongen te verloven, terwijl wij hier allebei nog niet klaar voor waren. Deze relatie heeft twee jaar geduurd, maar elke keer dat hij om sex vroeg, dacht ik aan God. Ondanks dat ik niks meer met geloof te maken wou hebben, voelde ik me schuldig tegenover God. Op de een of andere manier voelde ik ook dat God mij aan het beschermen was, zodat ik maagd bleef. Ik snapte niet waarom God dat deed, want ik had Hem verlaten. Hij had zoveel wonderen laten zien en toch had ik Hem verlaten. Mijn relatie met mijn verloofde heeft twee jaar geduurd. Hij heeft toen ik het uitmaakte Jezus uitgescholden, en dit deed mij pijn! Toen het uitging faalde ik weer helemaal in mijn leven. Ik begon uit te gaan en te drinken, terwijl ik dit nooit eerder in mijn leven had gedaan. Mijn familie liet mij mijn gang gaan, omdat ze wisten dat ik afleiding nodig had. Maar ze wisten niet dat ik aangeschoten/dronken thuiskwam. Toen bedacht ik: Hé, nu ben ik vrij en kan ik overal naar toe, dus dan kan ik ook naar de kerk. Zaterdag kwam ik dronken thuis en de volgende ochtend ging ik naar de kerk. dramatisch! Ik zei thuis dat ik naar stage ging. Ik begon me een beetje te schamen. Mensen vroegen aan mij hoe het met mij ging en ze vonden het moedig van mij dat ik weer terug was bij God. Niemand wist echter wat voor een leven ik aan het leiden was. Twee werelden leken het wel voor mij. Ik schaamde me steeds dieper en toch wou ik daar elke week naar toe. Ik vroeg ook steeds aan die mensen of ze wilden bidden voor mij zodat ik sterker werd.
Toen kwam dat moment: Er was een dienst op zaterdagavond om mensen te bemoedigen. Daar kwam ook een Turkse vrouw, mijn oude buurvrouw en ook de moeder van een vriendin. Zij had zich ook bekeerd! Ik zag een paar keer traantjes over haar wangen rollen, dus ik dacht bij mijzelf: Zij is vast heel sterk in haar geloof, laat ik haar maar vertellen wat mij dwarszit. Ik heb haar eerlijk verteld dat ik liefdesverdriet had, maar dat ik eigenlijk terug wou komen bij God. Ik zei ook dat ik niet eens kon huilen wanneer ik bad, terwijl ik normaal altijd heel snel emotioneel ben. Ik zei dat ik God weer wou voelen en dat ik het zo niet langer volhield. Ze heeft gebeden voor mij, heel rustig en heel lang. En toen zei ze: Maak je niet druk om de brede poort. God heeft jou nooit losgelaten, de smalle poort is voor jou! En toen, toen kon ik huilen. Toen kon ik het voelen. God sprak tot mij. Hij zei tegen mij dat ik me niet meer druk moest maken om die brede poort! Hij maakte mij duidelijk dat mijn zonden vergeven zouden worden als ik Hem om vergeving zou vragen. God had zijn verloren schaap gevonden! De week daarop ging ik naar de jeugddienst. Hier praatte ik met een meisje. Ze bemoedigde mij heel erg en wat een vreugde, wat een liefde voelde ik! Vanaf dat moment voelde het weer net zoals in het begin, dit keer zelfs sterker. Ik ben inmiddels ouder geworden en durf meer te zeggen. Vanaf de eerste dag dat ik weer terug ben bij God, bid ik en vraag ik of Hij mij wil gebruiken voor andere mensen. En onze prachtige God heeft mij al meerdere keren gebruikt om met andere mensen over Hem te praten. Hij is geweldig! Hij leeft! Hij is Heilig, Hij is de enige die jou onvoorwaardelijke liefde kan geven!
Ela
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Line_art)
Hij was zo’n twintig jaar, een stoere jongen die elk weekend uitging. Dames, vechten en volgens mij ook alcohol waren belangrijke dingen voor hem. Daarom had hij ook bijna elk weekend ruzie met iemand, zodat hij elke keer kon bewijzen dat hij goed was in vechten. Totdat hij een keer een klap van iemand kreeg en op de grond viel. Op dat moment verscheen een licht, en hoorde mijn broer een stem: ‘Waar ben je mee bezig?’ werd hem gevraagd. Mijn broer, die voor het eerst tijdens een ruzie had verloren, ging teleurgesteld naar huis. Thuis, midden in de nacht, ging hij even op de computer. Hij ging op Youtube, waar je aan de rechterkant filmpjes hebt die erg populair zijn. Daar stond de film van Jezus ook bij. Hij heeft de hele nacht naar die film gekeken en hij leerde op dat moment dus de Here Jezus kennen. Toen begon de zoektocht! Hij heeft drie dagen en nachten lang gebeden op zijn knieën en gehuild. Hoe komt het dat wij als moslim zijn geboren, wie is Jezus dan, wat is de waarheid?
Hij bad dat hij duidelijkheid kreeg over de waarheid, zodat hij die God kon aanbidden. Na de derde dag, verscheen de almachtige Heer in een droom. Hij zat op een troon, als een Koning. Hij keek mijn broer alleen aan. Maar voor mijn broer was het antwoord duidelijk: De weg en de waarheid, dat was Jezus Christus. Hij ging wel verder met zijn zoektocht, maar hij was toen niet meer zozeer op zoek naar de waarheid, maar vooral naar waarom Jezus de waarheid is.
‘Ik geloofde dat er in ieder geval een God of Allah was die antwoord zou geven.’
Toen mijn ouders hoorden dat mijn broer zich bekeerd had werden ze erg boos. Elke dag werd hierover gediscussieerd. Ik bleef stil en luisterde alleen mee. Ik was heel erg teruggetrokken, een rustige puber. Bijna elke avond vroeg ik mijn broer of hij even naar mijn kamer wilde komen. Ik vroeg hem allerlei dingen over hoe ik moest zijn op school, hoe ik me moest gedragen enzovoort. Alles wat hij zei vond ik zo mooi klinken: ‘Als iemand jou op de rechterwang slaat, keer dan ook je linkerwang naar hem toe.’ Dit was één van de citaten die mij diep hadden geraakt! Ik begon steeds meer interesse te tonen en begon er zelf ook voor te bidden. Mijn broer nam mij mee naar een christelijke gemeente. Ik vond het best bijzonder. Ik dacht: Wow, wat zijn de mensen hier toch anders, sowieso anders dan de mensen die ik in het Alevitisch gebedshuis tegenkwam. Ik begon er voor te bidden, maar diep van binnen deed het me pijn! Ik vond het zo oneerlijk: Waarom moest ik in zo’n dilemma zitten? Waarom moest ik kiezen tussen de islam en het christendom? Was alles een leugen? Alles wat ik heb geleerd over de islam, en al mijn gebeden, was alles nep? Ik was diep teleurgesteld en ik voelde me wanhopig. Maar ik bleef bidden, ik geloofde dat er in ieder geval een God of Allah was die antwoord zou geven. Bij mij gebeurde het niet aan de hand van een droom. Het ging bij mij meer door te kijken naar verschillen tussen moslims en christenen, Bijbel en Koran, dus kortom de islam en het christendom. En die verschillen waren echt duidelijk te zien! Ik zag het verschil vooral in de mensen. Van de christenen leerde ik liefdadigheid en zachtmoedigheid.
Van de moslims leerde ik ‘houd je aan de vijf plichten!’ Hoe realistisch is het om als student vijf keer op een dag te bidden? Allah wist toch dat de jongeren in 2013 leerplichtig zijn en dat de ouders werken? Ik voelde me meteen na dit soort gedachten weer schuldig tegenover Allah: ‘hoe kan ik mijn respect verliezen door zo te denken?’ Toch vond ik diep van binnen dat ik gelijk had.
Toen ik samen met mijn broer naar een islamitische bijeenkomst ging, was het verschil qua mensen overduidelijk. Mijn broer zat ergens anders met de mannen en ik zat bij de dames. Op de terugweg vertelde mijn broer dat een man in zijn gezicht had gespuugd, omdat mijn broer zijn ervaring met onze lieve Here Jezus in de groep had gegooid. Voor mij was dit het laatste druppeltje: Ik wou Jezus beter leren kennen en ik gaf Mohammed geen kans meer. Al deed het mij pijn om te weten dat mijn familie, vrienden, kennissen allemaal moslims zijn. Ik bad keer op keer om meer duidelijkheid te krijgen en ik vroeg steeds om bevestigingen. Ik vond het ontzettend bijzonder dat ik antwoord kreeg op mijn vragen. Ik heb wel wekenlang gesmeekt dat ik Hem ook in mijn dromen zou zien. Maar God liet mij blijken dat Hij eerst meer geloof wilde zien bij mij. Dit deed Hij onder andere door mensen die ik niet kende op mijn pad te sturen en hun mij vragen te laten stellen over geloof, waar ik in geloofde en waarom. Zoiets had ik nooit eerder meegemaakt! Ik heb de almachtige Heer daarna ook in mijn dromen gezien. Ook in mijn droom keek Hij alleen. Ik voelde dat dit de waarheid was. Ik voelde de aanwezigheid van de Heer ook heel goed!
Vanaf het moment dat ik de Heer in mijn leven had, leefde ik in vrede. Ik begon de bijbel te lezen. Matteüs hoofdstuk 5 raakte mij heel erg, dit omdat God hierin duidelijk laat zien dat Hij van ons verwacht dat wij goede mensen worden die andere mensen liefhebben: Jullie hebben gehoord dat gezegd werd: “Een oog voor een oog en een tand voor een tand.” En ik zeg jullie je niet te verzetten tegen wie kwaad doet, maar wie je op de rechterwang slaat, ook de linkerwang toe te keren. Als iemand een proces tegen je wil voeren en je onderkleed van je wil afnemen, sta hem dan ook je bovenkleed af. En als iemand je dwingt één mijl met hem mee te gaan, loop er dan twee met hem op.
Geef aan wie iets van je vraagt, en keer je niet af van wie geld van je wil lenen. Jullie hebben gehoord dat gezegd werd: “Je moet je naaste liefhebben en je vijand haten.” En ik zeg jullie: heb je vijanden lief en bid voor wie jullie vervolgen, alleen dan zijn jullie werkelijk kinderen van je Vader in de hemel.
Ik heb ook moeilijker periodes gehad. Toen ik achttien was verzwakte ik heel erg in mijn geloof. Net in die periode leerde ik een Turkse jongen kennen. Dat zorgde voor meer afstand tussen mij en God. Mijzelf snijden begon ook een hobby te worden. Ik kon God en een Turkse (moslim)vriend niet combineren. Ik werd er gek van. Twee jaar daarvoor zat ik vol van Gods liefde, ik was zo vurig, zo sterk in mijn geloof. Hoe was het mogelijk dat ik zo erg verzwakt was, ik snapte er niks van. De satan had mij compleet in de macht! Ergens probeerde ik met mijn menselijke verstand STOP te zeggen tegen mijzelf. Ik vertelde mijn vriend wekenlang feiten over mijn geloof en ik hoopte dat hij zich zou bekeren. Dit gebeurde niet, en de relatie ging uit. Dit had mij helemaal kapot gemaakt, ik verzwakte erger en erger. Ik was teleurgesteld in God. Ik had pijn want ik hield heel erg veel van mijn vriend. Ik zat helemaal in de ban van mijn verloren liefde. En ik had het gevoel dat God mij had losgelaten. Ik was het allemaal zo zat.
‘Ik snapte niet waarom God mij beschermde, want ik had Hem verlaten.’
Een paar maanden later leerde ik een nieuwe jongen kennen. Ik had gedacht dat ik zo mijn ex kon vergeten. Ik had God helemaal losgelaten. Wat mij betreft kon en mocht ik naar de hel. Ik accepteerde het, want ik verdiende Gods liefde niet meer. Het enige wat ik nog tegen God kon zeggen was: Ik ga door de brede poort, de smalle poort is alleen voor de sterke gelovigen. Ik ben een zondaar, ik ga door de brede poort. (Matteüs 7,13: Ga door de nauwe poort naar binnen. Want de brede weg, die velen volgen, en de ruime poort, waar velen door naar binnen gaan, leiden naar de ondergang). Ik werd door mijn ouders en mijn broer verplicht om me met deze jongen te verloven, terwijl wij hier allebei nog niet klaar voor waren. Deze relatie heeft twee jaar geduurd, maar elke keer dat hij om sex vroeg, dacht ik aan God. Ondanks dat ik niks meer met geloof te maken wou hebben, voelde ik me schuldig tegenover God. Op de een of andere manier voelde ik ook dat God mij aan het beschermen was, zodat ik maagd bleef. Ik snapte niet waarom God dat deed, want ik had Hem verlaten. Hij had zoveel wonderen laten zien en toch had ik Hem verlaten. Mijn relatie met mijn verloofde heeft twee jaar geduurd. Hij heeft toen ik het uitmaakte Jezus uitgescholden, en dit deed mij pijn! Toen het uitging faalde ik weer helemaal in mijn leven. Ik begon uit te gaan en te drinken, terwijl ik dit nooit eerder in mijn leven had gedaan. Mijn familie liet mij mijn gang gaan, omdat ze wisten dat ik afleiding nodig had. Maar ze wisten niet dat ik aangeschoten/dronken thuiskwam. Toen bedacht ik: Hé, nu ben ik vrij en kan ik overal naar toe, dus dan kan ik ook naar de kerk. Zaterdag kwam ik dronken thuis en de volgende ochtend ging ik naar de kerk. dramatisch! Ik zei thuis dat ik naar stage ging. Ik begon me een beetje te schamen. Mensen vroegen aan mij hoe het met mij ging en ze vonden het moedig van mij dat ik weer terug was bij God. Niemand wist echter wat voor een leven ik aan het leiden was. Twee werelden leken het wel voor mij. Ik schaamde me steeds dieper en toch wou ik daar elke week naar toe. Ik vroeg ook steeds aan die mensen of ze wilden bidden voor mij zodat ik sterker werd.
Toen kwam dat moment: Er was een dienst op zaterdagavond om mensen te bemoedigen. Daar kwam ook een Turkse vrouw, mijn oude buurvrouw en ook de moeder van een vriendin. Zij had zich ook bekeerd! Ik zag een paar keer traantjes over haar wangen rollen, dus ik dacht bij mijzelf: Zij is vast heel sterk in haar geloof, laat ik haar maar vertellen wat mij dwarszit. Ik heb haar eerlijk verteld dat ik liefdesverdriet had, maar dat ik eigenlijk terug wou komen bij God. Ik zei ook dat ik niet eens kon huilen wanneer ik bad, terwijl ik normaal altijd heel snel emotioneel ben. Ik zei dat ik God weer wou voelen en dat ik het zo niet langer volhield. Ze heeft gebeden voor mij, heel rustig en heel lang. En toen zei ze: Maak je niet druk om de brede poort. God heeft jou nooit losgelaten, de smalle poort is voor jou! En toen, toen kon ik huilen. Toen kon ik het voelen. God sprak tot mij. Hij zei tegen mij dat ik me niet meer druk moest maken om die brede poort! Hij maakte mij duidelijk dat mijn zonden vergeven zouden worden als ik Hem om vergeving zou vragen. God had zijn verloren schaap gevonden! De week daarop ging ik naar de jeugddienst. Hier praatte ik met een meisje. Ze bemoedigde mij heel erg en wat een vreugde, wat een liefde voelde ik! Vanaf dat moment voelde het weer net zoals in het begin, dit keer zelfs sterker. Ik ben inmiddels ouder geworden en durf meer te zeggen. Vanaf de eerste dag dat ik weer terug ben bij God, bid ik en vraag ik of Hij mij wil gebruiken voor andere mensen. En onze prachtige God heeft mij al meerdere keren gebruikt om met andere mensen over Hem te praten. Hij is geweldig! Hij leeft! Hij is Heilig, Hij is de enige die jou onvoorwaardelijke liefde kan geven!
Ela
(Jezus stierf aan het kruis voor onze zonden, Hij stond op uit de dood en leeft nu en komt binnenkort Gods Koninkrijk op aarde stichten.
مات يسوع على الصليب من أجل خطايانا، وأنه ارتفع من القتلى وحياة الآن وقريبا مملكته على الأرض.
(afb.: https://nl.wikipedia.org/wiki/Jesus)
مات يسوع على الصليب من أجل خطايانا، وأنه ارتفع من القتلى وحياة الآن وقريبا مملكته على الأرض.
(afb.: https://nl.wikipedia.org/wiki/Jesus)
Sara: ”Toen ik dieper begon te kijken, kwam ik zoveel liefde tegen in de Bijbel”.
Toen mijn man Amir naar de kerk begon te gaan was ik daar niet blij mee. Ik zag dat er iets veranderd was bij hem en dacht: Allah, help me, hij gaat bij me weg. In de islam bid je niet dat iemands ogen gesloten worden voor iets maar ik deed dat wel. Ik bad gewoon: “God, alsjeblieft, als hij in de kerk is, laat hem dan niks horen en niks zien, want ik wil niet dat hij verandert.” Maar de God van Amir was de levende God en die van mij niet, dus Amir veranderde wel. Elke woensdag als hij terug kwam vertelde hij me alles over de avond, maar ik sloot me ervoor af. Mooi voor Amir, dacht ik, maar zelf wilde ik dit echt niet. Toch hoorde ik door de verhalen van Amir het woord van God, en dat begon in mij te werken zonder dat ik het in de gaten had.
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Facial_expression)
Op een avond kwam Amir thuis met de vraag: “Ze zoeken in het asielzoekerscentrum een plek om een huiskerk te starten, zou dat bij ons kunnen?” Ik dacht meteen: dat is een prima idee en een goede gelegenheid om ze te kunnen vertellen dat hun God de ware niet is. Van onze buurman had ik ooit het evangelie van Lukas gekregen. Ik had het gelezen, maar het boek daarna weggegooid. Mijn beeld van God was altijd dat God niet te begrijpen is. Alles wat met God te maken had, was moeilijk. Dit evangelie van Lukas was veel te gemakkelijk, dus dat kon God niet zijn! Maar nu die groep bij ons aan huis zou komen, wilde ik natuurlijk wel goed voorbereid zijn. Daarom begon ik opnieuw in de Bijbel te lezen. Dit keer zag ik het allemaal heel anders. De woorden die ik las begonnen me te raken. Iedere avond dat de groep bij ons thuis bij elkaar kwam, had ik discussies met ze: de islam zegt dit, jullie zeggen dat. Maar toen ik dieper begon te kijken, kwam ik zoveel liefde tegen in de Bijbel. Die woorden over liefde waren de sleutel van mijn hart. Ik was nooit een fanatieke moslim geweest, maar had wel altijd moeite gedaan om dicht bij God te komen. Ik bad een paar keer per dag, deed altijd mee met de ramadan, ook al was mijn familie ertegen dat ik dat deed, want ik was mager en moest goed eten, vonden ze. Alles wat me dichter bij God kon brengen, greep ik aan.
Op een avond vroeg ik aan de huiskerkleider: “Wat is het verschil tussen het christelijk geloof en andere godsdiensten?” Hij zei: “In andere godsdiensten moeten mensen heel veel moeite doen om dicht bij God te komen, maar in het christelijk geloof ontdek je dat God naar jou toe gekomen is om je te dienen, je te helpen en je liefde te geven.” Dat was het antwoord op mijn jarenlange vraag. Ik had zo’n verlangen om dicht bij God te komen, maar wist niet hoe ik tot hem kon naderen. De huiskerkleider vroeg: “Durf je God toe te laten, durf je hem dichter bij te laten komen?” Ik dacht: oké, ik ga het proberen, ik ga mijn hart openzetten om alleen maar te zien: wie is hij? Is het waar of niet waar? Ze baden voor mij en ik opende mijn hart voor God.
Jezus stak zijn hand naar mij uit en zei: “Kom maar, ik help je, ik red je.”
Die nacht kreeg ik een droom. Nu moet je weten dat ik in die tijd erg ziek was. Ik was naar Europa gekomen met een zware depressie en slikte antidepressiva. Het enige wat ik wilde was rust. Die avond droomde ik dat ik in de duisternis liep. Er kwam iets groots op me af, groter dan ik, heel donker en zwaar. Ik wist niet wat het was, maar ik wist dat het een levensgroot probleem was. Dat kon ik niet aan, ik had genoeg narigheid gehad! Ik rende weg en riep “Oh God, nee, dat kan niet, niet nog een probleem erbij! Ik kan het niet meer dragen, dit is genoeg.” Ik deed mijn handen voor mijn ogen om niet naar het probleem te hoeven kijken. Plotseling zag ik een muur van licht tussen mij en het probleem in staan. Het probleem kwam niet langer naar mij toe, dus ik keek naar de muur om te ontdekken wie het was die mij beschermde. Ik moest omhoog kijken, want de muur was heel hoog. Toen zag ik Jezus. Hij stak zijn hand naar mij uit en zei: “Kom maar, ik help je, ik red je.” En ik heb die hand van Jezus vastgepakt. Ik legde mijn hand in zijn hand. Die nacht gaf ik mijn hart aan Jezus.
Hoe lang en hoe vaak ik ook bad, mijn zonden bleven.
Tijdens de Ramadan is er een nacht waarin de moslims herdenken dat de Koran aan Mohammed gegeven is. Als je in deze nacht duizend keer bidt, gaan al je zonden weg. Je bidt dus eigenlijk de hele nacht door. Ik deed dit ieder jaar, want ik wilde dat mijn zonden van me afgenomen werden. Ik wilde zo graag een heilig mens voor God zijn. Niet dat ik zulke grote zonden had, het waren kleine dingen die ik verkeerd deed; maar toch drukte het zwaar op mij. Mijn verlangen naar een leven zonder zonden was zo groot, dat ik tijdens zo’n nacht gewoon in slaap ben gevallen terwijl ik in gebogen houding stond te bidden. Maar hoe lang en hoe vaak ik ook bad, mijn zonden bleven. Dit was niet de oplossing.
Iemand die zelf geen zonde gedaan heeft, zou mijn zonden van me af moeten nemen. Toen ik Jezus gevonden had, leerde ik dat hij geen zonden gedaan heeft en mijn zonden gedragen heeft. Daardoor voelde ik me een stuk lichter. Dit was waar ik al die jaren naar op zoek was geweest: iemand die me verloste van de lasten die ik al mijn hele leven met me meedroeg.
Sara
Sabahat: “God gaf me duidelijk antwoorden, dat kon echt geen toeval zijn”.
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Facial_expression)
Op een avond kwam Amir thuis met de vraag: “Ze zoeken in het asielzoekerscentrum een plek om een huiskerk te starten, zou dat bij ons kunnen?” Ik dacht meteen: dat is een prima idee en een goede gelegenheid om ze te kunnen vertellen dat hun God de ware niet is. Van onze buurman had ik ooit het evangelie van Lukas gekregen. Ik had het gelezen, maar het boek daarna weggegooid. Mijn beeld van God was altijd dat God niet te begrijpen is. Alles wat met God te maken had, was moeilijk. Dit evangelie van Lukas was veel te gemakkelijk, dus dat kon God niet zijn! Maar nu die groep bij ons aan huis zou komen, wilde ik natuurlijk wel goed voorbereid zijn. Daarom begon ik opnieuw in de Bijbel te lezen. Dit keer zag ik het allemaal heel anders. De woorden die ik las begonnen me te raken. Iedere avond dat de groep bij ons thuis bij elkaar kwam, had ik discussies met ze: de islam zegt dit, jullie zeggen dat. Maar toen ik dieper begon te kijken, kwam ik zoveel liefde tegen in de Bijbel. Die woorden over liefde waren de sleutel van mijn hart. Ik was nooit een fanatieke moslim geweest, maar had wel altijd moeite gedaan om dicht bij God te komen. Ik bad een paar keer per dag, deed altijd mee met de ramadan, ook al was mijn familie ertegen dat ik dat deed, want ik was mager en moest goed eten, vonden ze. Alles wat me dichter bij God kon brengen, greep ik aan.
Op een avond vroeg ik aan de huiskerkleider: “Wat is het verschil tussen het christelijk geloof en andere godsdiensten?” Hij zei: “In andere godsdiensten moeten mensen heel veel moeite doen om dicht bij God te komen, maar in het christelijk geloof ontdek je dat God naar jou toe gekomen is om je te dienen, je te helpen en je liefde te geven.” Dat was het antwoord op mijn jarenlange vraag. Ik had zo’n verlangen om dicht bij God te komen, maar wist niet hoe ik tot hem kon naderen. De huiskerkleider vroeg: “Durf je God toe te laten, durf je hem dichter bij te laten komen?” Ik dacht: oké, ik ga het proberen, ik ga mijn hart openzetten om alleen maar te zien: wie is hij? Is het waar of niet waar? Ze baden voor mij en ik opende mijn hart voor God.
Jezus stak zijn hand naar mij uit en zei: “Kom maar, ik help je, ik red je.”
Die nacht kreeg ik een droom. Nu moet je weten dat ik in die tijd erg ziek was. Ik was naar Europa gekomen met een zware depressie en slikte antidepressiva. Het enige wat ik wilde was rust. Die avond droomde ik dat ik in de duisternis liep. Er kwam iets groots op me af, groter dan ik, heel donker en zwaar. Ik wist niet wat het was, maar ik wist dat het een levensgroot probleem was. Dat kon ik niet aan, ik had genoeg narigheid gehad! Ik rende weg en riep “Oh God, nee, dat kan niet, niet nog een probleem erbij! Ik kan het niet meer dragen, dit is genoeg.” Ik deed mijn handen voor mijn ogen om niet naar het probleem te hoeven kijken. Plotseling zag ik een muur van licht tussen mij en het probleem in staan. Het probleem kwam niet langer naar mij toe, dus ik keek naar de muur om te ontdekken wie het was die mij beschermde. Ik moest omhoog kijken, want de muur was heel hoog. Toen zag ik Jezus. Hij stak zijn hand naar mij uit en zei: “Kom maar, ik help je, ik red je.” En ik heb die hand van Jezus vastgepakt. Ik legde mijn hand in zijn hand. Die nacht gaf ik mijn hart aan Jezus.
Hoe lang en hoe vaak ik ook bad, mijn zonden bleven.
Tijdens de Ramadan is er een nacht waarin de moslims herdenken dat de Koran aan Mohammed gegeven is. Als je in deze nacht duizend keer bidt, gaan al je zonden weg. Je bidt dus eigenlijk de hele nacht door. Ik deed dit ieder jaar, want ik wilde dat mijn zonden van me afgenomen werden. Ik wilde zo graag een heilig mens voor God zijn. Niet dat ik zulke grote zonden had, het waren kleine dingen die ik verkeerd deed; maar toch drukte het zwaar op mij. Mijn verlangen naar een leven zonder zonden was zo groot, dat ik tijdens zo’n nacht gewoon in slaap ben gevallen terwijl ik in gebogen houding stond te bidden. Maar hoe lang en hoe vaak ik ook bad, mijn zonden bleven. Dit was niet de oplossing.
Iemand die zelf geen zonde gedaan heeft, zou mijn zonden van me af moeten nemen. Toen ik Jezus gevonden had, leerde ik dat hij geen zonden gedaan heeft en mijn zonden gedragen heeft. Daardoor voelde ik me een stuk lichter. Dit was waar ik al die jaren naar op zoek was geweest: iemand die me verloste van de lasten die ik al mijn hele leven met me meedroeg.
Sara
Sabahat: “God gaf me duidelijk antwoorden, dat kon echt geen toeval zijn”.
Ik ben Sabahat en ben in Iskenderun in Turkije geboren. Wij wonen nu dertien jaar in Nederland. Ik ben als moslim opgegroeid. Ik begon al op mijn negende met vasten en ik wilde toen ik kind was heel graag een hoofddoek dragen omdat ik dacht dat God dan meer van mij zou houden, maar van mijn moeder mocht ik geen hoofddoek dragen. Als kind was ik altijd de meest religieuze thuis. Ik bad bijna iedere avond voor het slapen in het Arabisch verzen uit de Koran en dan met mijn eigen woorden.
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Line_ar)
Iemand vertelde mij ooit dat Jezus de zoon van God is. Ik werd boos op wat ze zei en dacht dat zij aan het zondigen was. Na ongeveer zes maanden dacht ik: We zijn moslim omdat onze ouders moslim zijn maar als onze ouders een andere religie hadden zouden wij ook een andere religie hebben. Er klopte iets niet: één van de zoveel religies moest waar zijn, maar welke? Ik had een verlangen om God te zoeken.
Ik wilde heel graag de waarheid weten, maar ik wilde nooit mensen wat vragen over God en over de waarheid want iedereen heeft zijn eigen waarheid en iedereen is overtuigd van zijn eigen waarheid. Ik bad en zei: ‘God, ik wil dat U mij de waarheid laat zien en ik wil niets aan mensen vragen.’ Op een dag had een vriendin van mij een Bijbel en een collega van het werk een Koran voor mij meegenomen. Toen ik de Bijbel las kreeg ik heel veel vreugde en blijdschap maar dat had ik met de Koran niet. Ik las iedere avond de Bijbel. Ik geloofde alles wat in de Bijbel stond behalve dat Jezus de Zoon van God is.
‘Als Jezus Christus echt uw Zoon is, laat me dat vandaag duidelijk weten.’
Ik stelde God zoveel vragen en Hij beantwoordde al mijn vragen. Ik vroeg wie Jezus was, en opende toen de Bijbel. Het eerste wat ik zag was: ‘Jezus is de weg, de waarheid en het leven.’ Hij heeft in mijn zoektocht van een jaar op wonderbaarlijke manieren mijn vragen beantwoord. Ik wist niet dat zelfs in de Koran over Jezus staat geschreven. Ik kreeg zoveel antwoorden van God over wie Jezus is en dat Hij de echte waarheid is. Ik bleef maar koppig en wilde het niet geloven. Want bij een moslim is een van de grootste zonden twijfelen aan Mohammed en Koran. Maar God gaf me zo duidelijk antwoorden, dat kon echt geen toeval zijn.
Ik was bijna gek geworden van al de twijfels en ik wilde eindelijk de waarheid weten. Na een jaar lang zoeken ging ik op een dag met mijn hele hart huilend bidden en ik zei: ‘God, als Mohammed de waarheid is, laat me dat zien, dan zal ik hem tot mijn dood volgen. Maar als Jezus Christus echt uw Zoon is, laat me dat vandaag duidelijk weten, dan zal ik hem tot mijn dood volgen. Maar als U zegt dat Jezus de waarheid is, dan kunt U later niet tegen mij zeggen dat ik naar de hel moet omdat ik Jezus heb gevolgd. Want de weg die ik zal volgen heeft U mij laten zien. Ik heb niet aan mensen gevraagd en naar hen geluisterd, maar alles direct aan U gevraagd en naar u geluisterd.’
Op die dag was er een bijeenkomst in het zuid oosten van Nederland. Ik had geen geld voor de trein om daar naar toe te gaan. Ik stond bij het station en God zei tegen mij dat ik met de volgende trein moest gaan. Ik begreep het niet: God zou toch niet willen dat ik zwart ga reizen? Toen zei God tegen mij dat ik mijn portemonnee moest openen en daar had ik precies het bedrag wat ik voor de trein nodig had. Ik ging naar de bijeenkomst en de prediker heeft ongeveer anderhalf uur lang verteld dat Jezus de Zoon van God is en dat de Heilige Geest voor ons mensen in de wereld is en dat was het antwoord voor mij. Na de dienst heb ik Jezus als mijn Heer aangenomen en ontving ik de Heilige Geest. Ik was het gelukkigste mens in de wereld. Toen ik dat aan mijn familie vertelde werden zij boos, maar ik maakte me geen zorgen want God zegt in Zijn Woord: ‘Stel uw vertrouwen op de Here Jezus en u zult behouden worden, u en uw huis’ (Handelingen 16:31). In de zes jaar dat ik bekeerd ben hebben een aantal familieleden van mij (twee zusjes en mijn vader) ook Jezus als hun Redder aangenomen. De rest van mijn familie heeft het Goede Nieuws gehoord.
Vóór mijn bekering had ik heel veel moeilijke tijden en alles wat mijn familie en ik mee moesten maken vond ik niet rechtvaardig van God. Na mijn bekering heeft God alles in mijn leven veranderd. God is voor mij altijd genadig en rechtvaardig geweest. Hij heeft mij met een heel mooi leven gezegend. Ik ben God dankbaar dat ik de waarheid mag weten en iedere dag met de hulp van de Heilige Geest mag leven. Het is zo wonderbaarlijk om te zien dat ieder die God zoekt Hem ook vindt. God houdt zoveel van zijn kinderen dat Hij zijn Zoon voor ons heeft opgeofferd. Waarom zou Hij dan niet de moeite nemen om aan jou ook de Waarheid te laten zien als jij Hem met heel je hart zoekt? Jezus geneest de gebrokenen van hart en geneest hun wonden.
Sabahat
Kasjhayar: “Gos was bezig im mijn kracht af te breken”.
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Line_ar)
Iemand vertelde mij ooit dat Jezus de zoon van God is. Ik werd boos op wat ze zei en dacht dat zij aan het zondigen was. Na ongeveer zes maanden dacht ik: We zijn moslim omdat onze ouders moslim zijn maar als onze ouders een andere religie hadden zouden wij ook een andere religie hebben. Er klopte iets niet: één van de zoveel religies moest waar zijn, maar welke? Ik had een verlangen om God te zoeken.
Ik wilde heel graag de waarheid weten, maar ik wilde nooit mensen wat vragen over God en over de waarheid want iedereen heeft zijn eigen waarheid en iedereen is overtuigd van zijn eigen waarheid. Ik bad en zei: ‘God, ik wil dat U mij de waarheid laat zien en ik wil niets aan mensen vragen.’ Op een dag had een vriendin van mij een Bijbel en een collega van het werk een Koran voor mij meegenomen. Toen ik de Bijbel las kreeg ik heel veel vreugde en blijdschap maar dat had ik met de Koran niet. Ik las iedere avond de Bijbel. Ik geloofde alles wat in de Bijbel stond behalve dat Jezus de Zoon van God is.
‘Als Jezus Christus echt uw Zoon is, laat me dat vandaag duidelijk weten.’
Ik stelde God zoveel vragen en Hij beantwoordde al mijn vragen. Ik vroeg wie Jezus was, en opende toen de Bijbel. Het eerste wat ik zag was: ‘Jezus is de weg, de waarheid en het leven.’ Hij heeft in mijn zoektocht van een jaar op wonderbaarlijke manieren mijn vragen beantwoord. Ik wist niet dat zelfs in de Koran over Jezus staat geschreven. Ik kreeg zoveel antwoorden van God over wie Jezus is en dat Hij de echte waarheid is. Ik bleef maar koppig en wilde het niet geloven. Want bij een moslim is een van de grootste zonden twijfelen aan Mohammed en Koran. Maar God gaf me zo duidelijk antwoorden, dat kon echt geen toeval zijn.
Ik was bijna gek geworden van al de twijfels en ik wilde eindelijk de waarheid weten. Na een jaar lang zoeken ging ik op een dag met mijn hele hart huilend bidden en ik zei: ‘God, als Mohammed de waarheid is, laat me dat zien, dan zal ik hem tot mijn dood volgen. Maar als Jezus Christus echt uw Zoon is, laat me dat vandaag duidelijk weten, dan zal ik hem tot mijn dood volgen. Maar als U zegt dat Jezus de waarheid is, dan kunt U later niet tegen mij zeggen dat ik naar de hel moet omdat ik Jezus heb gevolgd. Want de weg die ik zal volgen heeft U mij laten zien. Ik heb niet aan mensen gevraagd en naar hen geluisterd, maar alles direct aan U gevraagd en naar u geluisterd.’
Op die dag was er een bijeenkomst in het zuid oosten van Nederland. Ik had geen geld voor de trein om daar naar toe te gaan. Ik stond bij het station en God zei tegen mij dat ik met de volgende trein moest gaan. Ik begreep het niet: God zou toch niet willen dat ik zwart ga reizen? Toen zei God tegen mij dat ik mijn portemonnee moest openen en daar had ik precies het bedrag wat ik voor de trein nodig had. Ik ging naar de bijeenkomst en de prediker heeft ongeveer anderhalf uur lang verteld dat Jezus de Zoon van God is en dat de Heilige Geest voor ons mensen in de wereld is en dat was het antwoord voor mij. Na de dienst heb ik Jezus als mijn Heer aangenomen en ontving ik de Heilige Geest. Ik was het gelukkigste mens in de wereld. Toen ik dat aan mijn familie vertelde werden zij boos, maar ik maakte me geen zorgen want God zegt in Zijn Woord: ‘Stel uw vertrouwen op de Here Jezus en u zult behouden worden, u en uw huis’ (Handelingen 16:31). In de zes jaar dat ik bekeerd ben hebben een aantal familieleden van mij (twee zusjes en mijn vader) ook Jezus als hun Redder aangenomen. De rest van mijn familie heeft het Goede Nieuws gehoord.
Vóór mijn bekering had ik heel veel moeilijke tijden en alles wat mijn familie en ik mee moesten maken vond ik niet rechtvaardig van God. Na mijn bekering heeft God alles in mijn leven veranderd. God is voor mij altijd genadig en rechtvaardig geweest. Hij heeft mij met een heel mooi leven gezegend. Ik ben God dankbaar dat ik de waarheid mag weten en iedere dag met de hulp van de Heilige Geest mag leven. Het is zo wonderbaarlijk om te zien dat ieder die God zoekt Hem ook vindt. God houdt zoveel van zijn kinderen dat Hij zijn Zoon voor ons heeft opgeofferd. Waarom zou Hij dan niet de moeite nemen om aan jou ook de Waarheid te laten zien als jij Hem met heel je hart zoekt? Jezus geneest de gebrokenen van hart en geneest hun wonden.
Sabahat
Kasjhayar: “Gos was bezig im mijn kracht af te breken”.
In mijn cultuur is het heel gewoon dat jongens vechten. Voor Koerden is het heel belangrijk om te laten zien wat je kunt. Nadat ik al diverse vechtsporten had geprobeerd, ontdekte ik schermen. Ik vond het leuk en bleek er goed in te zijn. Op mijn zestiende zat ik al bij de selectie van het juniorenteam. Ik wilde de beste worden en trainde hard. Toen ik negentien was verliet ik mijn woonplaats Kermanshah om in Isfahan informatica te gaan studeren. Doordat de bescherming van mijn gezin nu wegviel en ik verkeerde vrienden kreeg, kwam ik in aanraking met alcohol en drugs.
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Line_ar)
Intussen bleef ik verder trainen en in 1996 mocht ik meedoen met de Olympische Spelen voor studenten. Ik kwam op tv en mensen begonnen me te herkennen. Ik was trots op wat ik bereikt had en voelde me alsof ik echt iemand was. In 1997 deed ik mee aan de voorrondes voor de Olympische Spelen in Zuid-Afrika. De eerste ronde won ik, maar in de tweede ronde moest ik tegen Israël. Van de Iraanse regering mocht ik niet tegen Israël opkomen, dus ik moest van de loper af. Dat was een enorme domper. Ik zag dit als een levensgroot struikelblok voor de Olympische Spelen, het ultieme doel dat ik wilde bereiken. Toen heb ik een grote misser begaan. Ik gaf het op. Ik stopte met trainen en stortte me nu helemaal in drugs en alcohol en verschillende relaties om mijn teleurstelling te vergeten. Toen mijn trainer ook nog emigreerde ging het verder bergafwaarts met mij. Mijn vriendin Delaram die ik in Isfahan had leren kennen, moest het land verlaten en voegde zich bij haar moeder die in Nederland verbleef. Een paar weken later liet ze me weten dat ze zwanger van mij was. Uit pure wanhoop zocht ik toch de schermmat weer op, ook al was ik inmiddels verslaafd aan heroïne. Ik weet nog dat ik het uitriep naar de god van de islam: “Ik wil niet meer leven! Maak me vrij, of maak me dood!”
De volgende dag werd ik door de federatie gebeld. Ze vroegen of ik deel wilde nemen aan een internationale wedstrijd, alhoewel ik al anderhalf jaar geen wedstrijden had gedaan. Ik besloot mee te doen maar verscheen zwaar onder invloed van drugs op de loper. Toch kwam ik succesvol door de eerste ronde heen. De bondscoach van Rusland had de partij gezien en nodigde mij uit om in zijn selectie te komen. Ik zou dan een jaar lang exclusief getraind worden in een kamp. Ondanks mijn verslaving ging ik op de uitnodiging in, maar besloot wel open kaart te spelen. “Ik kan wel schermen, maar ik heb drugs nodig”, vertelde ik tegen de assistent van de bondscoach. Die schakelde iemand in die mij hielp om in twee weken tijd een speciaal afkickprogramma te doorlopen. Pas veel later, nadat ik tot Jezus gekomen was, besefte ik dat deze man een engel van God is geweest. Maar na een tijdje speelde mijn trots weer op en begon ik mezelf wijs te maken dat ik uit eigen kracht van mijn verslaving was afgekomen.
Ik was er niet zeker van of Jezus wel de weg naar God was.
Tijdens het selectiekamp zouden we ook naar het buitenland gaan. Ik hoopte dat ik dan weg kon lopen om naar Delaram te gaan, die in Nederland was. We hadden nog steeds contact met elkaar en ik wilde mijn kind graag zien. Pas na anderhalf jaar kreeg ik de kans om naar Oostenrijk te gaan voor een kampioenschap. Daar ben ik ‘s nachts uit mijn hotel weggevlucht. In 2002 zag ik eindelijk Delaram weer! Nu waren we dan wel bij elkaar, maar de onzekerheid bleef. Er zat niets anders voor ons op dan illegaal in Nederland te verblijven. We hadden geen geld, geen papieren, geen werk. Ik gaf zo nu en dan een schermles, maar dat bood ons geen enkele zekerheid. Ik was ook weer begonnen met drugs, alcohol en sigaren. In 2005 ontmoette ik iemand die me op Jezus wees. “Jezus kan jou redden en je situatie veranderen”, zei hij en bood aan voor mij te bidden. “Doe maar, bid maar”, zei ik. Hij bad voor me maar daarna werd ik heel ziek. Ik kon niet naar de dokter want ik had geen verzekering. Na een tijdje zag ik deze man weer. Hij zei dat hij graag voor mijn werksituatie wilde bidden en ik stemde toe, maar ook daarna ging het alleen maar slechter met me na zijn gebed. We werden ons huis uitgezet.
Een periode volgde waarin we in korte tijd zeven keer verhuisd zijn. Een paar weken woonden we hier, een paar weken daar. Daarna zag ik de man weer die voor me gebeden had en dit keer gaf hij me een film over het leven van Jezus. God trok aan mij en was bezig om mijn eigen kracht af te breken. Op een avond hebben Delaram en ik samen de film bekeken. Aan het einde van de film werd een reddingsgebed gebeden. Ik voelde me hulpeloos en op mijn knieën bad ik mee. Daarna voelde ik mijn knieën slap worden. Ik probeerde op te staan maar dat lukt niet. Ik had totaal geen kracht meer in mijn benen. Ik liet niks merken aan Delaram, die op een gegeven moment het licht uitdeed en naar bed ging. Nog een hele tijd heb ik op de grond gelegen. Uiteindelijk kon ik opstaan om naar bed te gaan.
De volgende dag voelde ik me een stuk lichter en vroeg me nieuwsgierig af wat er die vorige avond gebeurd was. Ik probeerde de Bijbel te lezen, maar een heleboel begreep ik niet. Gelukkig kon ik dan terecht bij een gezin dat we kenden uit de kerk. Soms belde ik wel drie keer per dag en dan legden zij me uit wat ik niet snapte. Ik was hongerig en wilde meer van God gaan merken in mijn leven. Toch was ik er niet zeker van of Jezus wel de weg naar God was. “God, ik ben niet zeker van Jezus. Als Jezus geen God is, dan zal ik teruggaan naar Allah. Moge Allah me dan vergeven. Ik wil de waarheid vinden”, bad ik tot God.
God, ik was trots en had het niet eens in de gaten.
Het was een hele strijd voor mij om los te komen van de wereld. Mijn trots zat me verschrikkelijk in de weg. In Iran was ik beroemd, iedereen kende mij. Ik maakte deel uit van de beste selectie en daardoor was ik iemand. In Nederland kende niemand mij en had ik geen roem. Ik heb een tijd nodig gehad om echt voor God te kiezen en niet meer voor de wereld. Om een stevig fundament te krijgen, volgde ik in de kerk een discipelschapscursus waar ik veel aan gehad heb. Zonder goed fundament val je namelijk gemakkelijk terug. Door de cursus kwam er echt een verandering in mijn denkpatronen en in mijn hart. Ik moest los komen van allerlei ongoddelijke relaties die ik in Iran had gehad en ik moest af van mijn trots. Naarmate ik groeide in mijn relatie met God, begon ik te beseffen dat alle glorie van God is en dat hij mij verheft als ik hem trouw blijf. God wederstaat de hoogmoedigen maar de nederigen geeft hij genade: dat was voor mij een grote les. Op een dag was ik zover om te kunnen zeggen: “God, ik was trots en had het niet eens in de gaten. Nu zie ik dat ik eigenlijk niks ben, maar in u ben ik wel wat waard.”
Inmiddels heb ik ook een droom gekregen om jonge schermers op een hoger niveau te helpen. Vroeger was het mijn droom om zelf wereldkampioen te worden, maar nu heb ik die droom voor mijn leerlingen. Ik ben niet geroepen om kampioen te worden, maar om van anderen kampioenen te maken. Mijn drang om de beste te zijn is veranderd in een drive om de wereld te laten zien wie Jezus is en anderen verder te helpen komen in hun relatie met Jezus. De opdracht om erop uit te gaan en discipelen te maken is misschien wel de belangrijkste missie die je kunt hebben. Want alleen zo kan het koninkrijk van God zich uitbreiden en kan het werk van God doorgaan.
Khashayar
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Line_ar)
Intussen bleef ik verder trainen en in 1996 mocht ik meedoen met de Olympische Spelen voor studenten. Ik kwam op tv en mensen begonnen me te herkennen. Ik was trots op wat ik bereikt had en voelde me alsof ik echt iemand was. In 1997 deed ik mee aan de voorrondes voor de Olympische Spelen in Zuid-Afrika. De eerste ronde won ik, maar in de tweede ronde moest ik tegen Israël. Van de Iraanse regering mocht ik niet tegen Israël opkomen, dus ik moest van de loper af. Dat was een enorme domper. Ik zag dit als een levensgroot struikelblok voor de Olympische Spelen, het ultieme doel dat ik wilde bereiken. Toen heb ik een grote misser begaan. Ik gaf het op. Ik stopte met trainen en stortte me nu helemaal in drugs en alcohol en verschillende relaties om mijn teleurstelling te vergeten. Toen mijn trainer ook nog emigreerde ging het verder bergafwaarts met mij. Mijn vriendin Delaram die ik in Isfahan had leren kennen, moest het land verlaten en voegde zich bij haar moeder die in Nederland verbleef. Een paar weken later liet ze me weten dat ze zwanger van mij was. Uit pure wanhoop zocht ik toch de schermmat weer op, ook al was ik inmiddels verslaafd aan heroïne. Ik weet nog dat ik het uitriep naar de god van de islam: “Ik wil niet meer leven! Maak me vrij, of maak me dood!”
De volgende dag werd ik door de federatie gebeld. Ze vroegen of ik deel wilde nemen aan een internationale wedstrijd, alhoewel ik al anderhalf jaar geen wedstrijden had gedaan. Ik besloot mee te doen maar verscheen zwaar onder invloed van drugs op de loper. Toch kwam ik succesvol door de eerste ronde heen. De bondscoach van Rusland had de partij gezien en nodigde mij uit om in zijn selectie te komen. Ik zou dan een jaar lang exclusief getraind worden in een kamp. Ondanks mijn verslaving ging ik op de uitnodiging in, maar besloot wel open kaart te spelen. “Ik kan wel schermen, maar ik heb drugs nodig”, vertelde ik tegen de assistent van de bondscoach. Die schakelde iemand in die mij hielp om in twee weken tijd een speciaal afkickprogramma te doorlopen. Pas veel later, nadat ik tot Jezus gekomen was, besefte ik dat deze man een engel van God is geweest. Maar na een tijdje speelde mijn trots weer op en begon ik mezelf wijs te maken dat ik uit eigen kracht van mijn verslaving was afgekomen.
Ik was er niet zeker van of Jezus wel de weg naar God was.
Tijdens het selectiekamp zouden we ook naar het buitenland gaan. Ik hoopte dat ik dan weg kon lopen om naar Delaram te gaan, die in Nederland was. We hadden nog steeds contact met elkaar en ik wilde mijn kind graag zien. Pas na anderhalf jaar kreeg ik de kans om naar Oostenrijk te gaan voor een kampioenschap. Daar ben ik ‘s nachts uit mijn hotel weggevlucht. In 2002 zag ik eindelijk Delaram weer! Nu waren we dan wel bij elkaar, maar de onzekerheid bleef. Er zat niets anders voor ons op dan illegaal in Nederland te verblijven. We hadden geen geld, geen papieren, geen werk. Ik gaf zo nu en dan een schermles, maar dat bood ons geen enkele zekerheid. Ik was ook weer begonnen met drugs, alcohol en sigaren. In 2005 ontmoette ik iemand die me op Jezus wees. “Jezus kan jou redden en je situatie veranderen”, zei hij en bood aan voor mij te bidden. “Doe maar, bid maar”, zei ik. Hij bad voor me maar daarna werd ik heel ziek. Ik kon niet naar de dokter want ik had geen verzekering. Na een tijdje zag ik deze man weer. Hij zei dat hij graag voor mijn werksituatie wilde bidden en ik stemde toe, maar ook daarna ging het alleen maar slechter met me na zijn gebed. We werden ons huis uitgezet.
Een periode volgde waarin we in korte tijd zeven keer verhuisd zijn. Een paar weken woonden we hier, een paar weken daar. Daarna zag ik de man weer die voor me gebeden had en dit keer gaf hij me een film over het leven van Jezus. God trok aan mij en was bezig om mijn eigen kracht af te breken. Op een avond hebben Delaram en ik samen de film bekeken. Aan het einde van de film werd een reddingsgebed gebeden. Ik voelde me hulpeloos en op mijn knieën bad ik mee. Daarna voelde ik mijn knieën slap worden. Ik probeerde op te staan maar dat lukt niet. Ik had totaal geen kracht meer in mijn benen. Ik liet niks merken aan Delaram, die op een gegeven moment het licht uitdeed en naar bed ging. Nog een hele tijd heb ik op de grond gelegen. Uiteindelijk kon ik opstaan om naar bed te gaan.
De volgende dag voelde ik me een stuk lichter en vroeg me nieuwsgierig af wat er die vorige avond gebeurd was. Ik probeerde de Bijbel te lezen, maar een heleboel begreep ik niet. Gelukkig kon ik dan terecht bij een gezin dat we kenden uit de kerk. Soms belde ik wel drie keer per dag en dan legden zij me uit wat ik niet snapte. Ik was hongerig en wilde meer van God gaan merken in mijn leven. Toch was ik er niet zeker van of Jezus wel de weg naar God was. “God, ik ben niet zeker van Jezus. Als Jezus geen God is, dan zal ik teruggaan naar Allah. Moge Allah me dan vergeven. Ik wil de waarheid vinden”, bad ik tot God.
God, ik was trots en had het niet eens in de gaten.
Het was een hele strijd voor mij om los te komen van de wereld. Mijn trots zat me verschrikkelijk in de weg. In Iran was ik beroemd, iedereen kende mij. Ik maakte deel uit van de beste selectie en daardoor was ik iemand. In Nederland kende niemand mij en had ik geen roem. Ik heb een tijd nodig gehad om echt voor God te kiezen en niet meer voor de wereld. Om een stevig fundament te krijgen, volgde ik in de kerk een discipelschapscursus waar ik veel aan gehad heb. Zonder goed fundament val je namelijk gemakkelijk terug. Door de cursus kwam er echt een verandering in mijn denkpatronen en in mijn hart. Ik moest los komen van allerlei ongoddelijke relaties die ik in Iran had gehad en ik moest af van mijn trots. Naarmate ik groeide in mijn relatie met God, begon ik te beseffen dat alle glorie van God is en dat hij mij verheft als ik hem trouw blijf. God wederstaat de hoogmoedigen maar de nederigen geeft hij genade: dat was voor mij een grote les. Op een dag was ik zover om te kunnen zeggen: “God, ik was trots en had het niet eens in de gaten. Nu zie ik dat ik eigenlijk niks ben, maar in u ben ik wel wat waard.”
Inmiddels heb ik ook een droom gekregen om jonge schermers op een hoger niveau te helpen. Vroeger was het mijn droom om zelf wereldkampioen te worden, maar nu heb ik die droom voor mijn leerlingen. Ik ben niet geroepen om kampioen te worden, maar om van anderen kampioenen te maken. Mijn drang om de beste te zijn is veranderd in een drive om de wereld te laten zien wie Jezus is en anderen verder te helpen komen in hun relatie met Jezus. De opdracht om erop uit te gaan en discipelen te maken is misschien wel de belangrijkste missie die je kunt hebben. Want alleen zo kan het koninkrijk van God zich uitbreiden en kan het werk van God doorgaan.
Khashayar
Toen mijn man Joshua me vertelde dat we Iran zouden verlaten, stortte mijn wereld in. Die nacht heb ik alleen maar gehuild. Mijn kussen was doorweekt van mijn tranen. Ik begreep wel dat Joshua weg wilde: we liepen enorm tegen de regels en principes van de islam aan. Zelf waren we moslim, maar meer in naam dan uit innerlijke overtuiging. Bepaalde dingen konden we gewoon niet accepteren, bijvoorbeeld dat een man meerdere vrouwen mocht hebben en dat een vrouw minderwaardig is. Joshua dacht dat we buiten Iran een beter leven konden hebben. Maar ik vond het heel erg dat we weg moesten, want ik had een hechte band met mijn familie. Iedere week was ik bij mijn ouders en genoot van hun liefde.
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Line_ar)
Toen we in Nederland aankwamen, was ik bijna depressief. Eerlijk gezegd waren we met een heel ander beeld naar Nederland gekomen en toen we geconfronteerd werden met de harde werkelijkheid van het asielzoekerscentrum waar we terecht kwamen, kreeg ook Joshua last van sombere stemmingen. We hadden nauwelijks contact met de andere bewoners en al helemaal niet met Nederlanders, want we spraken de taal niet. Zo raakten we langzaam in een isolement. Op een dag besloot ik dat het zo niet langer kon. Onze kinderen hadden ons nodig. Ik wilde in contact komen met Nederlandse mensen, zodat we de cultuur zouden leren kennen en onze plek in de maatschappij konden innemen. Ik besloot om naar de kerk te gaan, want daar zouden wel mensen zijn die openstaan voor buitenlanders. Christen worden wilde ik niet, want ik was alle religie zat. Ik ging alleen naar de kerk voor de contacten. Joshua liet me vrij, maar wilde zelf niet mee.
Welke weg is de waarheid? Ik wil de goede weg kiezen en niet zomaar mijn religie veranderen.
In de kerk kreeg ik een Bijbel in onze eigen taal. Ik begreep niets van wat de voorganger zei, dus ik heb anderhalf uur in die Bijbel zitten lezen. Wat een mooie dingen las ik daar; hele andere dingen dan ik kende vanuit de islam. Ik werd geraakt door de genade en vergeving van God. Mijn hart ging open voor Jezus. Thuis sprak ik er met Joshua over en zei: “Je moet echt de Bijbel gaan lezen.” Ik was zo enthousiast over de woorden van Jezus, dat ik in een dag het hele Lukas-evangelie uitlas.
Nederlanders namen me mee naar een Iraanse kerk, waar ik een vrouw ontmoette die me vertelde dat Jezus God is. Dat was voor mij een openbaring. De vrouw vertelde me: “Sinds ik Jezus heb geaccepteerd als God, is mijn leven helemaal veranderd.” Onderweg naar huis bad ik: “God, ik wil graag van u openbaring krijgen: welke weg is de waarheid? Ik wil de goede weg kiezen en niet zomaar mijn religie veranderen. Ik ben er niet zeker van dat Jezus de goede weg is en wil van u openbaring.” Diezelfde nacht heb ik een droom gehad over Jezus. In die droom kwamen er twee vrouwen naar mij toe met een tweeling. De ene baby was een beetje mooier en dikker dan de andere. De vrouwen zeiden: “Een van deze kinderen is Jezus. Je moet zelf ontdekken welke van de twee. Je mag ze even in je armen houden.” Ik koos de mooie baby en zei: “Dit moet Jezus zijn.” Toen ik de baby vasthield en zijn hoofdje tegen mijn hart legde, kwam er zoveel rust in mijn hart. Ik zei: “Kijk, ik heb de goede baby gekozen, want er komt rust in mijn hart.” Door deze droom wist ik dat Jezus je rust geeft in je hart. Dat was een openbaring voor mij, want pas veel later las ik in de Bijbel dat je rust krijgt als je Jezus aanneemt.
Jezus zei: “Ik zeg tegen jou dat we jou hebben geaccepteerd en dat je welkom bij ons bent.”
Toen ik Joshua mijn droom vertelde, zei hij tegen me: “Je kunt je leven toch niet veranderen op basis van een droom?” Ik besloot het onderwerp te laten rusten en had het niet meer over Jezus. Zes dagen later kreeg ik weer een droom. In die droom lag ik met mijn hoofddoek om op mijn knieën God te aanbidden, toen Mozes naar me toekwam. Hij zei: “Je moet opstaan, Jezus komt naar je toe.” Ik zei: “Ik wil hem niet zien, ik ben bang.” “Je hoeft niet bang te zijn, doe je ogen maar open”, zei Mozes. Ik keek en zag Jezus. Ik zag hem als een man met witte kleren aan die op een klein tapijt langzaam naar de hemel opsteeg. Hij was zo mooi en zag er zo vriendelijk uit. Daarna was mijn angst weg. Ik kon weer opstaan en kon hem nu aankijken. Jezus sprak in een vreemde taal tot mij. Ik vroeg hem: “Jezus, wilt u in mijn eigen taal met me spreken, want ik begrijp niet wat u zegt.” Hij lachte en zei: “Ik zeg tegen jou dat we jou hebben geaccepteerd en dat je welkom bij ons bent. Je mag bij ons komen.” Hij zei steeds ‘ons’.
De dag erna was ik in de kerk, waar het Paasfeest werd gevierd. Dingen die ik in de kerk zag, had ik ook in mijn droom gezien. Voor mij was dat een bevestiging dat het waar was wat ik gedroomd had. Jezus was de goede weg. Vanaf dat moment vertelde ik iedereen dat ik christen was geworden. Ik ging naar de kerk, las de Bijbel en verdiepte me in het christelijk geloof. Toch vond ik het moeilijk om mijn oude leven los te laten en mijn karakter veranderde niet. Op een dag hoorde ik een verhaal van een Iraans christelijk gezin. Ze waren ervoor uitgekomen dat ze gelogen hadden over hun achtergrond. “We hadden helemaal geen problemen in Iran maar zijn via Frankrijk hierheen gekomen”, zeiden ze. “Maar we wilden niet langer met een leugen leven, daarom zijn we nu eerlijk over onze achtergrond.”
De politie was gekomen en had ze teruggestuurd naar Frankrijk. Wat een moed hadden deze mensen, om de waarheid te vertellen en zo te riskeren dat ze teruggestuurd zouden worden naar Iran! Maar dat was gelukkig niet gebeurd, want in Frankrijk hadden ze toch een verblijfsvergunning gekregen. Ik vond het een bijzonder verhaal en toen ik hoorde dat deze mensen naar Nederland kwamen om oude vrienden uit het asielzoekerscentrum te bezoeken, wilde ik ze graag ontmoeten. Dit moesten echte christenen zijn! Toen ik deze vrouw sprak, vroeg ze me of ik christen was. Ik bevestigde dat, maar daarna vroeg ze me: “Ben je ook veranderd?” “Wat bedoelt u?”, vroeg ik haar. Het was voor mij helemaal nieuw dat je zou moeten veranderen als je christen werd. Ik was niet veranderd, maar leefde nog steeds mijn oude leven.
Toen ik thuiskwam, waren de kinderen naar school en Joshua was naar het studiecentrum. Ik was dus alleen thuis en begon in mijn Bijbel te lezen. Ik las het verhaal uit Johannes 3, waar Jezus Nicodemus uitlegt dat je opnieuw geboren moet worden als je het Koninkrijk van God wilt zien. “Moet ik dan weer als baby opnieuw door de moederschoot gaan?”, vroeg de man aan Jezus. “Nee, je moet geestelijk opnieuw geboren worden”, had Jezus geantwoord. Ik begreep dat ik opnieuw geboren moest worden en ging op mijn knieën. “Jezus, ik wil opnieuw geboren worden, als een nieuw persoon”, bad ik. Vanaf dat moment heb ik mijn leven ook werkelijk als nieuw ervaren. Ik voelde de liefde van God voor andere mensen in mij en wilde wel tegen iedereen zeggen dat ik van ze hield. Zelfs de kleuren van bomen en bloemen waren anders geworden: helderder en veel kleuriger. Ik merkte dat ik een nieuw hart had gekregen, dat heel radicaal was voor God. Nu had ik echt een relatie gekregen met God en ik voelde dat hij bij me was en me leidde.
Arezoe
Reza: “Ik riep de naam van Jezus aan om mij rust te geven en dat werkte”.
Toen ik negen jaar oud was, was het halverwege de oorlog tussen Iran en Irak. Het was een spannende en moeilijke tijd voor ons land. Het Irakese leger bombardeerde bijna elke dag de belangrijkste doelwitten in Iran. Wij als gezin hadden afgesproken dat wanneer wij de sirene hoorden, wij gelijk naar een veilige plek moesten rennen . De veiligste plek was onze keuken. Op dat moment ging mijn moeder bidden en de namen van alle heilige Imams roepen om de rust te krijgen.
(afb.: https://en.wikipedia.org/wiki/Line_ar)
Het was heel erg spannend en angstaanjagend voor mij, maar ik riep opeens de naam van Jezus om mij en ons rust te geven, en dat werkte. Op school hadden wij een week daarvoor een les gehad over Jezus als profeet die mensen genas en van de dood opwekte. Als kind van negen vond ik het een erg bijzondere persoon. Later in mijn puberteit ging ik elke dag bidden en elk jaar vasten om dichtbij Allah te komen, maar Hij nam iedere keer afstand van mij. Ik deed dingen die in zijn ogen niet goed waren. Ik vond het erg oneerlijk en vroeg me af waarom Hij niet meer van mij hield.
Ik herkende mijzelf in het verhaal van de profeet Jeremia, die in zijn jonge jaren heel veel ellende over zich heen kreeg.
De afstand tussen Allah en mij werd groter en niet meer liefdevol. Ik bad en vastte, omdat ik het moest, dus het was niet vanuit mijn hart. Op mijn drieëntwintigste moest ik mijn vaderland verlaten (vanwege een aantal redenen) om naar Nederland te gaan. De eerste maanden waren er erg moeilijk.
Ik vroeg me elke dag af hoe ik als moslim mijn geloof hier kon behouden, totdat ik van mijn huisgenoot de eerste Bijbel in mijn eigen taal kon krijgen en lezen.
De eerste teksten die ik las, waren de Klaagliederen hoofdstuk 3, vers 15-32: “Hij verzadigt mij met bittere kruiden, hij geeft me alsem te drinken in overvloed, hij laat me mijn tanden stukbijten op stenen, hij drukt mij neer in het stof. Mijn leven is verstoken van vrede, geluk is mij vreemd geworden. Steeds denk ik: Verdwenen is mijn glans, vervlogen mijn hoop op de HEER. Gedenk mijn nood en mijn zwervend bestaan, de alsem en het gif. Telkens als ik mijn lot overdenk, ben ik diep terneergeslagen. Toch geef ik de hoop niet op, want hieraan houd ik vast: Genadig is de HEER: wij zijn nog in leven! Zijn ontferming kent geen grenzen. Elke morgen schenkt hij nieuwe weldaden. – Veelvuldig blijkt uw trouw! Ik besef: mijn enig bezit is de HEER, al mijn hoop is op hem gevestigd. Goed is de HEER voor wie hem zoekt en alles van hem verwacht. Goed is het geduldig te hopen op de HEER die redding brengt. Goed is het als een mens zijn juk draagt in zijn jeugd. Laat hij neerzitten, eenzaam en geduldig, als het hem wordt opgelegd. Laat hij zich neerwerpen en stof likken, misschien is er hoop. Laat hij zijn wang bieden aan wie hem slaat, laat hij verzadigd raken van hoon. Want de Heer verwerpt niet voor eeuwig. Als hij leed berokkent, ontfermt hij zich ook, zo groot is zijn genade”
Dit sprak mij erg aan, want ik voelde me op dat moment alsof God met zijn woorden met mij praatte. Het ging hier om het verhaal van de profeet Jeremia die in zijn jonge jaren heel veel ellende over zich heen kreeg. Ik herkende mijzelf in dat verhaal, en voelde me aangesproken door God . Vanaf dat moment begon ik de Bijbel elke dag te lezen. Hoe meer ik lees, hoe meer ik Hem leer kennen. Ik ontdek dat Hij van mij houdt niet door wat ik doe maar wie ik ben. Toen ik het verhaal van het kruis las, kwam ik erachter hoe diep Hij van mij houdt, doordat Hij de enige geboren Zoon voor mij opgeofferd heeft. Daarom ben ik op mijn knieën gegaan om Hem als verlosser en mijn redder te accepteren. Hij geeft mij het eeuwige leven en zijn Geest om zoals Hem te zijn en Hem te volgen.
Reza
Info: IsaRuhAllah
(afb.:https://www.ninefornews.nl › Paranormaal)
أنا معك في جميع أيام حياتك